Zo langzamerhand krijg ik het gevoel dat ons comfort stukje bij beetje wordt afgebroken.
In de afgelopen jaren kon het niet op. Keukens, badkamers, verwarming, open haarden, houtkachels, barbecues uitgroeiend tot buitenkeukens. En vaak genoeg dacht ik dat het heus ook wel een beetje minder kon.
Er hoeft geen vlees op je bord te liggen, het kan heus wel minder. En al ben ik het er op sommige punten mee eens, moeten we dan echt helemaal terug….?
Nu zitten we in een periode van indammen, minderen, rustiger aan doen. De verwarming een paar graden lager, niet elke dag douchen en zeker niet regelmatig je bad vol laten lopen. En doe je het niet voor het milieu dan gaat het wel om je portemonnee.
Elke generatie wil zijn kinderen net iets meer geven. En nu lijkt dat net niet te kunnen. We hebben eigenlijk veel te veel, zo veel overvloed, dat we alleen nog maar terug kunnen. Maar terug naar waar?
Naar koude slaapkamers, met ijsbloemen op de ramen, Met schrale maaltijden, honger…? Naar walmende olielampen of haperende noodkacheltjes.
Het kan geen kwaad eens wat vaker te bedenken dat het misschien helemaal niet noodzakelijk is om weer eens iets aan te schaffen. Dat het met de oude spullen best nog wel even kan….
En laten we het vooral met humor benaderen. Het is tenslotte al vaker aan de orde geweest. Luister maar eens naar dit lied dat Annie M.G. Schmidt schreef in 1973: “Schaarste”, gezongen door Conny Stuart.