Ik was 16 of 17, dus helemaal niet meer zo’n klein meisje. En ik had een woordenwisseling met mijn moeder. In mijn boosheid riep ik uit “Mens, waar maak je je druk om”. Nog zie ik mijn moeders vlammende ogen en haar overslaande stem “Mens, mens!!! Als je me geen moeder meer wil noemen, zeg dan maar mevrouw”. Het werd allemaal in der minne gesust en hoe belangrijk de zaak was, blijkt wel. Geen idee meer waarover de ruzie ging.
Ik moest hier aan denken, toen ik vorige week een moeder met een meisje van drie turven hoog in de bieb zag. Moeder duwde een kinderwagen met nog een spruit, de drie turven bewoog zich voort op een vreemdsoortig karretje. Ze schoot met een sneltreinvaart langs alles en iedereen, ongeacht of de mensen al of niet goed ter been waren. Ik vond het meteen al een ongeleid projectiel.
Toen ik de bieb uitging, stond moeder te wachten tot dochtertje mee wilde komen. Ze vroeg het heel beleefd. Maar het kind schreeuwde op stadionsterkte “Neeeeeeee”. Nog maar eens lief gevraagd “Schatje, kom je nou?? Weer een schreeuw als antwoord.
In deze week van de opvoeding lijkt een cursus voor deze moeder meer dan nuttig. Want wat gebeurt er als die kleine van nu straks een stevige puber is?