Communicatie

Leo kreeg een oproep voor controle in het Oogziekenhuis. Tenminste… dat dacht hij.

Nou staat het Oogziekenhuis al sinds 1948 aan de Schiedamse Vest. En daar reed ik hem dan ook naar toe. Fijn parkeerplekje gevonden en Leo ging naar de afspraak. Ik zou wachten en omdat het lekker weer was, besloot ik een wandelingetje te maken. Tijd zat, want zo snel gaan de afspraken niet, weten we uit ervaring.

Maar het liep anders. Leo was al heel snel weer terug. Ik was nog niet uitgewandeld toen ik zijn telefoontje kreeg. Die afspraak was niet in het Oogziekenhuis, maar op een ander adres. Ja, het stond in de brief, maar echt heel in het oog springend was dat niet gedaan.

Bron: Google foto’s

En dat vind ik dan raar, in een tijd met zoveel communicatie mogelijkheden. Zoveel moeite is het niet om een stukje tekst wat opvallender te maken.

Elke Rotterdammer rijdt zowat blindelings (!) naar het Oogziekenhuis. Het is een instituut en niet alleen in Rotterdam. Ja, natuurlijk hadden we de brief goed moeten lezen. Maar na 73 jaar een ander adres, dat had wel even wat duidelijker en in grotere letters vermeld mogen worden. Ik vind dit een gevalletje van mis-communicatie.

In het oog springend…

Meestal als we er naar toe gaan, kijken we niet zo naar het gebouw zelf. We zoeken de ingang, willen snel geholpen worden en dan ook snel weer weg. Je komt tenslotte niet voor je plezier in het Oogziekenhuis in Rotterdam.

Afgelopen dinsdag moest Leo er zijn voor controle. En hij ging alleen, want in verband met Corona werd dat aangeraden. Ik was wel mee, maar wachtte met een drankje en een boek op een terras in de schaduw.

Leo was al snel klaar en gelukkig was alles goed. Pas weer over een jaar terugkomen. Pak van zijn en mijn hart.

Toen Leo appte dat hij bijna klaar was, liep ik alvast de goede richting uit. En toen viel me op hoe fraai dat gebouw is. Mooi metselwerk, statige bogen en strakke uitstraling.

Gek toch, dat je ineens met heel andere ogen naar zo’n gebouw kan kijken.

Verstopt

kunstLeo sloot achteraan in de rij voor de balie, ik ging zitten op de stoeltjes tegen de wand van het Oogziekenhuis. Ik keek op. “Hè, wat is dat nou? Het lijkt wel kunst, maar wat een gekke plaats en waarom zoiets nou in dit ziekenhuis?” Ik keek nog eens beter, nee dat kon het niet zijn. Maar wat dan wel?
Toen bewoog er iets en viel het kwartje.
Niks kunst dus, gewoon de benen van een werkman die bezig was met iets tussen het plafond te monteren.
Wat kan een mens toch een rare associaties hebben….