En dan reden we alweer naar onze laatste bestemming, in Oisterwijk. Ook dit hotel lag midden in de natuur. Wanneer we ons kamerraam openden konden we de eikeltjes bijna vna de takken plukken en hoorden we de vogels zingen.
Gek genoeg komen we zelden deze kant uit, dus alles was voor ons nieuw. We reden naar het bezoekerscentrum van Natuurmonumenten, waar vanuit leuke wandelingen gemaakt konden worden. En ver hoefde je niet te lopen, want meteen ontdekten we paddenstoelen. En wat voor…! Aardsterren hoorden we van andere wandelaars. Later kwamen we ook nog van die gezellige vliegenzwammen tegen. Mijn dag kon niet meer stuk.
Dat we een beetje verdwaalden, ondanks de goed aangegeven wandelpaden, was iets minder. Maar uiteindelijk kwam alles weer op zijn pootjes terecht. Leo parkeerde mij op een stenen muurtje en ging de auto halen. Daarna reden we weer terug en trakteerden we ons op een kopje koffie, een heerlijk taartje en later ook nog op zo’n onvolprezen Brabants worstenbroodje. Ja, het leven is goed in het Brabantse land 😉