Boek

James Rebanks: Boerenleven

Boerenleven van James Rebanks vond ik aanvankelijk een beetje stroef lezen. Het duurde even voor ik de draad kon oppakken. Maar daarna las ik het in één ruk uit.

Ik reserveerde het in de periode dat de boerenprotesten hevig waren. Het lijkt inmiddels weer een beetje minder fel, al zagen we in Overijssel nog overal omgekeerde vlaggen.

Het is ook te begrijpen, want veel boeren zitten in een lastig parket. Tegen hun zin, maar meegaand in de maalstroom van de ontwikkelingen, hebben ze hun bedrijven groter gemaakt, meer dieren genomen en andere methoden van landbouw en veeteelt omarmd. Ze deden het vaak tegen beter weten in.

Het boerenleven heeft een revolutionaire ontwikkeling doorgemaakt. Kleine boerenbedrijven konden het hoofd nauwelijks boven water houden. Moesten eigenlijk investeren, maar de daaruit voortvloeiende schuldenlast hing als een “zwaard van Damocles” boven hun hoofd.

Anderen, die wel moderner methodes gingen gebruiken, met grotere akkers, moesten daarvoor ook veel weg saneren. Het landschap werd compleet veranderd. Maar werd het ook beter? Op dit moment is dat maar de vraag.

Rebanks beschrijft hoe het was, hoe het veranderde en hoe het eigenlijk weer zou moeten. Kleinschaliger, zonder of in ieder geval met veel minder kunstmest. Met aandacht voor het landschap, want de heggen, bomen en struiken hadden een doel. Ze beschermden de landerijen, dienden als nestelplek en bieden een schuilplaats aan wild.

Een interessant boek, waar veel over na te denken is. Want niet alles is zwart/wit, al lijkt het er soms in de politiek wel op.

Uit je eigen stad

Daar waar je het totaal niet verwacht, tussen havens, hoge kantorenflats en drukke verkeersaders, ligt een stukje Rotterdams boerenleven. Uit je eigen stad is een stadsboerderij van 20.000 M2, waar groenten worden verbouwd, vissen en paddenstoelen worden gekweekt, kippen rondlopen. De groente groeit op een heel speciale manier, in grote bakken water. Deze manier van kweken heet “aquaponics”. Dat water wordt bemest door de vissen, die elders in grote bassins worden gekweekt. De sla die daarin dan groeit, is voedsel voor de vissen. Een ingenieus kringloopsysteem dus. Men probeert zo min mogelijk afval te produceren, alles te hergebruiken en zo het milieu minimaal te belasten.
Elk weekend kun je ook verse groenten en andere producten op de markt bij de boerderij kopen.


En in het restaurant wordt de eigen productie verwerkt tot heerlijke schotels.
Afgelopen zondag gingen wij er heen, kregen een rondleiding en keken onze ogen uit. Dat dit zo maar in de stad was. Na afloop zaten we nog even op het terras. Het zonnetje scheen, we dronken een bio biertje en sapje en aten een broodje met Rotterdamse kaas, voorzien van een likje Rotterdamse mosterd. Heerlijk!!