Een smal landweggetje, ergens in Normandië. Vier Hollanders in een auto, op weg naar een plaatselijke bezienswaardigheid. Het is stil, nauwelijks verkeer. De lucht trilt onder de zonneschijn en een kruidige geur siepelt binnen. En dan ineens… “Wat is dat nou?” vraagt zwager. “Krijg nou niks” zegt echtgenoot. “Das een koe” roepen de dames achterin in koor. En ja, midden op de weg staat een Franse koe en kijkt lodderig naar de auto.
“Ik ga terug”, zegt zwager, die rijdt. Maar ja, dat weggetje is smal en bochtig. “Je kunt er toch gewoon langs” vinden de dames, die al een lachkriebel voelen opkomen.