Afgelopen vrijdag kocht ik bij de Hema een agenda en twee cadeaubonnen, samen goed voor z’n 35 euro. “Kan het zo mee of wilt u een tasje”, vroeg de kassadame. Zo’n fluttig dun plastic tasje, daar zit ik niet op te wachten.
Maar toch stoorde de vraag me. Blijkbaar prop je je gekochte spullen gewoon in je tas. Niet erg klantvriendelijk. Nee, dan in Japan. Daar wordt elke aankoop met zorg ingepakt. Of het nu een boek is of een rolletje washitape. In een mooi papieren zakje, vaak met een nog mooier tasje (meestal van papier) er om heen. Ik weet niet of er ook zoiets als cadeaubonnen bestaan, maar ik weet zeker dat die een leuke envelop er om heen krijgen.
En daar hoef je niets extra’s voor te betalen.
Overal zie je dan ook vrouwen en mannen lopen met chique tassen. Want je laat natuurlijk wel zien waar je wat gekocht hebt.
Zonder iets te vragen, stopten overal verkoopsters een extra tasje of zakje bij onze aankoop, zodat de souvenirs ook voor iedereen apart verpakt konden worden. Flesjes werden zorgvuldig in bobbeltjes plastic verpakt. En dat gebeurde echt niet in winkels waar de verkoopbrigade niets te doen had.
En zo stonden onze meegebrachte souvenirs thuis te wachten om uitgedeeld te worden.
We gingen naar Kobe, vanuit Kyoto met de trein. Dat is op zich al een belevenis, maar daar over later meer. Kobe heeft drie stations, die dicht bij elkaar liggen en alle drie Sannomiya heten. Alleen worden ze bediend door verschillende treinmaatschappijen. Dat is dus lekker makkelijk, maar niet heus. Ons richtinggevoel hielp niet echt en onze plattegrond ook al niet. En na wat op goed geluk ronddolen, besloten we de weg te vragen. Ik gokte erop dat een jonge man waarschijnlijk wel wat Engels zou spreken. Helaas bleek “yes and no” zijn enige kennis van die taal te zijn.
Hij keek lang en ernstig naar onze plattegrond, zuchtte diverse keren, humde wat en draaide zich toen om naar een man op een fiets. Of hij kon helpen?
“Chinatown?” Yes, dat kon ie. Hij stapte op en zijn fiets en gebaarde dat wij hem moesten volgen. Dat kon dus nog wel eens een flinke snelwandeling worden. Gelukkig begreep hij dat ook en stapte af om daarna in een straf tempo verder te lopen. Wij er enigszins hijgend achteraan. “Where are you from” vroeg hij. “Oranda” antwoordde ik. “Oranda? Oh…. Nederland! Eén, twee, drie, goeiemorrege!” Bleken we tussen de anderhalf miljoen Kobenaren juiste die éne te hebben gevonden die Nederland kende en er zelfs vaak geweest was. Hij kende Driebergen, Zeist, Utrecht, Amersfoort en natuurlijk Amsterdam en Rotterdam. Hoe hadden we dat zo kunnen uitkienen….
Aan het begin van Chinatown staat een enorm Boeddhabeeld. Mensen gooien muntjes op zijn buik. Dat hebben wij ook maar gedaan, als dank voor zoveel goeie hulp!
Reizen en regen zijn geen goede combinatie. Alles wordt nat, druipt en de reizigers verkleumen, ook al is de temperatuur niet zo laag. Dat zal in de tijd van Hirsohige ook wel zo geweest zijn. En dan konden zij niet, zoals wij, zich verschuilen in een groot en droog winkelcentrum. Maar ach, dat is toch ook geen goed alternatief. Misschien is de tempel even verderop wel een betere keus. Die heeft tot nu toe alle weersomstandigheden doorstaan.
Dit filmde ik in Shibuya, Tokio. Als je het filmpje start, zie je een (blijkbaar normale) middag. Het verkeer is nog niet eens zo druk, maar al die mensen ….. Toch houdt iedereen zich aan de regels en wacht men tot er overgestoken mag worden.
Waar gaan ze allemaal naar toe? De meesten lijken doelgericht. Er is dan ook het een en ander te shoppen daar. Enorme luxe winkels met een duizelingwekkend assortiment. Van babyspullen tot schoenen en alles, maar dan ook alles, wat daar tussen ligt. En waar was ik naar op zoek? Ik wilde naar Tokyu Hands, alweer zo’n gigantisch grote winkel. Zes verdiepingen hoog en de etages zijn verdeeld in A, B en C. Wil je een fiets, die kun je er kopen. Wil je liever een mooie braadpan, die is er ook. En een hele verdieping vol met papier, pennen, teken- en schildermateriaal en de daarbij horende benodigdheden. En daar ging ik voor.
Leo nam de lift naar de bovenste etage en zou via de trap naar beneden gaan. In die tussentijd moest ik voldoende tijd hebben om mijn dingen te kopen. Papier had ik al, dus besloot ik alleen voor stempelinkt en punches te gaan. Maar er is eigenlijk te veel, kiezen is niet mijn sterkste kant. Ik heb het tamelijk bescheiden gehouden.
Toen ik klaar was, kon ik de juiste uitgang niet meer vinden en even vreesde ik dat ik Leo kwijt geraakt was. Maar gelukkig, ik liep de hoek om en daar stond ie geduldig te wachten 😉
Samen probeerden we het metrostation terug te vinden. Maar het leek wel of we steeds verder verdwaalden. Uiteindelijk zag ik twee jongens zitten en ik vroeg ze of zij ons de weg konden wijzen. Toen ik ze eens goed bekeek, schrok ik. De ene had een enorm blauw oog, de andere een afschrikwekkende open hoofdwond, waar bloed uit stroomde. Maar ze waren vrolijk en erg aardig en bleken gelukkig alleen maar geschminkt te zijn voor een Halloweenfeest. Want in Japan ga je niet zomaar ergens naar toe, je gaat tiptop en helemaal in stijl.
Al maanden van te voren zijn Leo en ik met de voorbereidingen voor onze reis naar Japan begonnen. Informatie in overvloed op het internet, maar niet alles is ook bruikbaar voor ons. Veel links verwijzen naar tips om het nachtleven in te duiken of vertellen hoe goed je kunt shoppen in Tokyo of Kyoto. Maar de sites van JNTO en Japanguide gaven veruit de meeste en beste inlichtingen.
Eerst werd in grove lijnen een plan uitgezet, dan gekeken welke periode we zouden willen en kunnen. En toen konden de details ingevuld worden. Met wie vliegen we en waar zullen we slapen? Welke trips kunnen we maken en hoe verdelen we ze over die drie weken? En zo kwam er toch wel een aardig programma te voorschijn.
Uren heb ik achter de computer gezeten om leuke plekken te zoeken. Ik leerde zo al heel veel over het land en raakte heel bedreven in het zoeken naar de juiste treinen, geholpen door Hyperdia. We planden lange dagen en wisselden dat af met rustige toertjes in de stad of wat dichterbij. Met wandelingen, maar ook met musea voor het geval het zou regenen. We wisten heel goed wat we niet wilden. Eindeloos shoppen, bijvoorbeeld. Dat kan overal en daar hoef je natuurlijk niet zo ver voor te reizen. Uiteindelijk kwamen we tot een reisschema, waarin alle dagen min of meer waren ingevuld. Met meer dan we zouden kunnen ondernemen, maar niet alles hoefde. Ook in Japan heeft een dag maar 24 uur.
De komende weken zal ik hier wat verslagen geven. Hopelijk reizen jullie met me mee 😉 😉 😉
Na ruim drie weken Japan hebben we behoefte om even bij te komen. De koffers zijn al wel uitgepakt, de wasmachine draait.
Maar het duizelt nog in ons hoofd. Van alle indrukken, geuren, smaken. De vele foto’s staan nog niet op de computer gezet en moeten worden uitgezocht.
De komende weken komen mijn verhalen wel los en zal ik hier verslag doen van onze reis en onze ervaringen.
Vanaf de heuvels bij Sakanoshita kijken de reizigers in het ravijn. Hiroshige tekende prachtige landschappen en liet de storende elementen gewoon weg.
De foto’s die ik nu op internet vid, laten naast de natuur ook de bebouwing zien en dat is niet altijd even fraai.
Dit is Kappabashi Dori in Tokio, een winkelstraat zoals er zo vele zijn in deze stad. Maar hier verkoopt men vooral alles op het gebied van eten en koken. Messen, schalen, eetstokjes in soorten en maten, schaafjes voor de wasabi, kommetjes voor de sojasaus.
En natuurlijk eten. Maar vergis je niet, lekker is dit niet. Het ziet er allemaal heerlijk uit, maar is gemaakt van plastic. Deze schotels vind je in allerlei restaurant-etalages. Zo kan je zien wat er te krijgen is en dat is wel zo handig voor ons als we een Japanse menukaart voor onze neus krijgen.
In Seki is het een drukte van belang, want de Daimyo (feodale landheer) wil vroeg vertrekken. En het is duidelijk dat ook Hiroshige zo’n bevel niet zal tegenspreken. Hij laat alle pracht en praal zien en tekent de slaafse gehoorzaamheid van de dienaren.
Van al die drukte is in de vroege wintermorgen nu gelukkig geen sprake meer.
Na een flike sneeuwbui tekent Hiroshige de omgeving van Kameyama. Tegen de helling ligt een tempel. Moeten de reizigers helemaal naar boven klauteren? Och, wat gemakkelijk is het nu dan toch. Je stapt in de Shinkansen-trein en reist met grote snelheid naar je eindbestemming.