Vanuit Tokio reisden we naar Hakone, een zeer geliefde plaats met veel bezienswaardigheden.
Eerst namen we de Shinkansen naar Odaware en daar tapten we over op de Hakone Tozan Trein naar Gora. De trein gaat over een prachtig terrein en rijdt niet al te snel zodat je ook wat van de omgeving kunt zien.Het was wel druk en we moesten staan.
Het werd een dag met vele overstappen, want van Gora konden we meteen overstappen in de gondel, die ons naar Souznan bracht. Van daaruit namen we weer een andere kabelbaan, gelukkig geheel afgesloten, want het ging griezelig hoog. Over een gebied tussen twee bergen, waar hete bronnen ontspringen en stoom en zwavel door de aarde wordt uitgespuwd. Soms is het onmogelijk om deze kabelbaan te nemen, omdat er vulkaanuitbarstingen kunnen voorkomen.
Uiteindelijk kwamen we bij het Ashinoko-meer aan, waar een piratenschip ons naar Moto-Hakone bracht. Dat schip was naar onze zin nogal kitscherig, maar de Japanse schoolklas vond het prachtig!
In Hakone is een herbouwde pleisterplaats van de oude Tokaido-weg te zien. En natuurlijk wilde ik daarheen. Ik had niet voor niets een jaar lang over de houtsneden van Hiroshige geblogd 😉 😉 En Leo fungeerde als eenzame reiziger in het decor!
Klik op een foto om te vergroten