Mengelmoes

Een beetje bijpraten over afgelopen week. Dinsdags het nucleair onderzoek van de poortwachterklier. Het klinkt buitenaards, dat voelt ook voor mij zo. Raar idee dat er radioactiviteit ingespoten wordt, al is het maar een minimale hoeveelheid. Maar de radiologe was allerliefst, stelde me op mijn gemak (nou ja, voor zover je dat dan kunt zijn) en ik ging met Leo weer rustig huiswaarts.
Woensdag was het vroeg op, zonder koffie, thee of boterham. Nuchter moest ik zijn. Dat de operatie pas ver na de middag ging plaats vinden, deed daar niks aan af. En het leek wel of iedereen ineens over Paasbrunch, chocola en lekkere dingen wilde praten. Gelukkig, tijdens de narcose weet je van niks. En ’s avonds kreeg ik wel te eten. Donderdag kon ik gelukkig weer naar huis. Leo nam het huishouden over en de jongens kwamen. Het werd een gezellige avond.
Dat ik de volgende dag kookte, was een eigen(wijze) beslissing. Op de een of andere manier zou dat toch moeten kunnen, dacht ik. Dat kon ook, al heb ik weleens in een betere stemming gekookt. Maar er werden bloemen gebracht, van de Scrabbleclub, van de wandelclub en ook schoonzus en zwager namen bloemen mee.
Zaterdag dacht ik het verband wel weg te kunnen halen. Heel voorzichtig, stukje voor stukje losweken met baby-olie. Het ging prima. Maar wat een schrik toen ik na het douchen de wond langzaam open zag trekken. Paniek, er is geen ander woord voor. Druipnat stond ik in de badkamer. En ook nu weer redde Leo de zaak, door me voorzichtig af te drogen en te helpen. Maar het voelde beslist niet kosjer, dus gingen we naar de Spoed Eisende Hulp. Ook daar weer vriendelijke en vooral adequate hulp. Het leek allemaal erger dan het was. Dicht- en afgeplakt kon ik terug naar huis, waar ik vooral een beetje op de bank gehangen heb. En mooi de tijd vond om dat dikke e-boek binnen de termijn uit te lezen.