Naast eksters, roeken, mussen, mezen en roodborstjes komen er ook zo nu en dan duiven in onze tuin. Niet alleen die mooie slanke Turkse tortels, maar deze, een dik en wat dommig beest.
Hij (of zij) waggelt wat langs de vijver, zoekt naar wat eetbaars. Maar kijkt een beetje kippig over allerlei kruimels heen.
Soms probeert hij een nest te maken, maar op het klapraampje lukt dat al jaren niet. Toch blijft hij het proberen en wij blijven hem dan ook steeds verjagen.
Het beest heeft ook geen enkel zicht op wat hij soms aanricht. Vorige week hoorden we een hard geluid, alsof er een emmer om viel. Maar waar kwam dat nou vandaan?
Het was weer die dikke duif, die een beetje verwezen op de tuintafel zat en ook niet wist hoe of wat. Terwijl toch duidelijk te zien was dat hij de metalen vogeltjes omgegooid had.
Wel tien minuten bleef hij glazig zitten kijken, vloog even op om wat verder op de stoelrand te gaan zitten. Maar die wazige blik bleef.
Nee, die zal nooit meer iets bij leren. Hij blijft een domme duif.