Boek

Janet Skeslien Charles: De Franse boekenbrigade

Het boek “De Franse boekenbrigade” van Janet Skeslien Charles beschrijft een deel van onze geschiedenis, die niet al te veel aandacht heeft gekregen.

In de eerste wereldoorlog waren er een aantal Amerikaanse vrouwen die zich het lot van de Franse bevolking aantrokken en hulp gingen bieden. Ondanks bezwaren van hun familie.

Ze betrokken ze een kasteel in Blérancourt, van waaruit de hulp werd geboden. Hun organisatie, die CARD werd genoemd, kreeg te weinig aandacht. De vrouwen gingen gekleed in lichtblauwe uniformen, die duidelijk maakten dat ze vredelievend waren.

Het boek berust op werkelijkheid, al vond ik het soms iets te veel fantASIE. Ik miste duidelijkheid over hoe en waar ze hulpgoederen konden kopen. Er moeten heel veel problemen geweest zijn, maar die kwamen niet zo uit de verf.

Al met al toch een boek dat het waard is om te lezen, alleen al omdat ik vind dat de geschiedenis meer recht mag/moet doen aan het vele werk dat door vrouwen, onder barre omstandigheden, werd verricht. En ook nu zetten vrouwen zich in voor hulpbehoevenden en ook zij verdienen onze aandacht.

Boek

Ongehuwd zijn in het Engeland van 1914 is geen sinecure. Cate moet haar kind alleen opvoeden,  geld verdienen en dan ook nog opboksen tegen de argwaan die de maatschappij heeft bij een vrouwelijke arts.

Vrouwen mogen dan wel medicijnen studeren, zich ontplooien als zelfstandig arts is iets geheel anders. Dan blijven de benoemingen zeer schaars.

Het begin van de 1e wereldoorlog brengt echter een ommekeer.  Cate wordt gevraagd om, samen met anderen, in Frankrijk een hospitaal op te zetten, waarvan de staf uitsluitend uit vrouwen bestaat. Het lijkt een utopie en ze moet er haar dochtertje tijdelijk voor achterlaten onder de hoede van goede vrienden.

Na maanden kan ze weer terug naar Londen, waar nu wel ruimte wordt gemaakt voor een militair hospitaal. Ook daar weer bestaat de hele bezetting uit vrouwen.

Toch is er tegenstand, want nog steeds is men niet gewend aan vrouwelijke artsen. Maar het is juist die vrouwelijke touch en de empathie die de gewonden weer terug in het leven plaatsen. Velen verloren ledematen, werden levenslang invalide. Daarnaast leden ze onder de psychische gevolgen van de moderne oorlogvoering.

Feiten en fictie, ze lopen in dit boek door elkaar. Dat is echter geen bezwaar, want het een mooi geschreven roman. Maar juist door de historische feiten gaat het verhaal leven. Het zou zo maar mogelijk zijn geweest.

Ilaria Tutti: Waar de wind de aarde raakt.

Boek

Eline stamt uit een gegoed Leids gezin en is getrouwd met Wieger, een archeoloog. Ze is niet religieus, wel ongedurig en heeft behoefte aan vrijheid. Als haar man naar een klein dorp in Drenthe gaat om er een veenlijk te onderzoeken, mist Eline hem enorm. Impulsief besluit ze naar hem toe te gaan en ze neemt haar kinderen mee.

Hoewel ze vriendelijk wordt ontvangen in het dorp, leidt haar aanwezigheid tot opschudding. Eline is niet gewend van haar hart een moordkuil te maken en haar vrije manier van doen en denken valt niet bij iedereen in goede aarde. Ze wordt dan ook min of meer terug gestuurd naar Leiden.

Nederland is in 1918 dan wel nog steeds neutraal in de grote oorlog, iedereen krijgt toch te maken met de nare gevolgen. Familieleden komen om, er is weinig meer te krijgen, het is armoe troef. Dan aan het eind van die oorlog staat een nieuwe en nog onbekende vijand op: de Spaanse griep maakt heel veel slachtoffers. Eline besluit terug te keren naar het Drentse dorp en helpt bij de verzorging van de grieppatiënten. Haar blik op de wereld wordt wijder en haar leven wordt langzaamaan anders.

Het boek is goed geschreven en die periode (1918 tot ca. 1922) interesseert me in hoge mate. Ik las het boek in één adem uit. Ik ga zeker nog meer boeken van deze schrijfster lezen.

Boek

Adam Raine, bevindt zich eigenlijk altijd in een niemandsland. Hij voelt zich nergens bij horen, niet  in het armoedige Islington, niet in Scarsdale, bij de mijnwerkers, niet in het gezin van de mijneigenaar en ook niet in Oxford, waar hij gaat studeren. Dat maakt hem tot buiten-beentje, maar geeft hem ook de gelegenheid om scherp te observeren. Hij heeft niet veel vrienden, maar zijn vriendschappen zijn trouw en zeer waardevol. Hij wordt verliefd op Miriam, de dominees dochter. Maar hij twijfelt, wat zal hij haar te bieden hebben? Haar moeder heeft heel andere plannen voor haar dochter en manipuleert haar kind. Maar wie jong is, denkt de toekomst naar zijn hand te kunnen zetten. Even gloort er hoop, maar dan breekt de eerste wereldoorlog uit. Adam wordt opgeroepen en vertrekt naar het front.  Hij komt in de slag om de Somme terecht en beweegt zich dan dagelijks in het werkelijke niemandsland, het stuk grond tussen de loopgaven van de Engelsen en de Duitsers. Wonder boven wonder overleeft hij de hel. Maar is hij nog wel de zelfde man als toen?

Ik las dit boek al een tijdje geleden. Niemandsland werd geschreven door Simon Tolkien, de kleinzoon van J.R.R. Tolkien, bekend van o.a. “In de ban van de ring” en “De Hobbit”.
Het is niet toevallig dat deze recensie vandaag hier staat, want ook Simons grootvader vocht aan de Somme. Ongetwijfeld verwerkte hij de herinneringen van zijn grootvader in dit prachtig geschreven boek. En vandaag is het precies 101 jaar geleden dat de slag om de Somme gestaakt werd. Tienduizenden soldaten vonden hier de dood.
Opdat we dat niet zullen vergeten!