Levertraan

Deze foto vond ik op Instagram, het is een opname van Robert Doisneau. Eigenlijk weet ik helemaal niet wat die jongens in hun mond gestopt krijgen. Maar mijn fantasie ging op de loop.

Bron: Instagram / Robert Doisneau / Simpleisbeautifulphotografy

Meteen proefde ik weer de levertraan, die ik van mijn moeder moest slikken. Nou ja, dat was één keer, want ik spuugde het onmiddellijk weer uit. Maar vergeten doe ik nooit. Alleen de lucht deed me al kokhalzen. Getver, wat smerig!

Deze jongens staan ook niet te trappelen, maar of ze veel kans hadden de vieze slok te ontlopen? Het lijkt me een onwrikbaar ritueel. Het moest en zou naar binnen, voor je gezondheid!

En dan vraag ik me af, wat zou er van al die jongens geworden zijn? Zijn ze echt groot en sterk geworden? Zijn ze nu oud, maar nog gezond en fit?

Dat is een vraag waar ik nooit antwoord op zal krijgen.

Wintervoorraad

Bron: Facebook / National Geographic

Mensen bouwen voorraadschuren, maar spechten doen het anders.

Die hakken gaten in een boom en verstoppen daar hun noten in. Dat moet wel stevig, want anders zijn er te veel kapers op de kust.

Dus kunnen die noten er niet zo gemakkelijk uitgetrokken worden, want elke noot heeft een prefect uitgehakt holletje.

En na een aantal weken of maanden zwoegen heeft de ekster een wintervoorraad om van te smullen!

Dat vind ik nou een prefect staaltje van de kracht van de natuur.

Handigheidjes

BussyBessy vroeg om handige tips. Handigheidjes die we regelmatig gebruiken om ons werk in huis en tuin of gewoon, ons dagelijks leven, gemakkelijker te maken.

Tips, die wil ik altijd wel. Dus hier is de mijne, die met koken en bakken te maken hebben.

  • Als je stroperige vloeistof moet afwegen en daarna toevoegen aan je schotel of baksel, vet dan eerst de lepel of kommetje licht in met wat olie. Dan loopt de vloeistof er gemakkelijker uit.
  • Strooi wat zout in de boter of  olie, voordat je het vuur hoog zet. Dan spettert het minder.
  • Leg een stukje plastic folie over het restant ijs en doe dan het deksel erop. Dan komen er minder ijskristallen op.

Heb ik dat allemaal zelf bedacht? Nee hoor, meestal lees ik ergens iets en dan probeer ik het te onthouden of -als het een tip van bijv. Instagram is- sla ik het op.

Moet ik later nog wel weten waar, want dat vergeet ik dan soms. Daar zou ik wel een tip voor willen hebben 😉

Hoeden en petten

Dinsdag schreef Sjoerd over een trafohuisje, dat ik in Zutphen zag. Gelukkig nog net op tijd kon ik het voor hem fotograferen, de gids liep al een stukje verder.

Het huisje staat tegenover dit gebouw. De grote stenen herinneren aan Pettenfabriek F.M.M. Krukziener. Hier zaten in de goeie tijd honderd meisjes en vrouwen petten te naaien en ook hoeden werden er gemaakt.

Jammer, maar de tijd van degelijke petten is voorbij. Degelijke geruite petten, of van Engels tweed. Het had wel wat. We dragen nu goedkope petjes met reclame of andere versieringen, ikzelf ook soms. Tegen de zon.

Mijn vader droeg altijd een hoed, een pet heb ik hem nooit zien dragen. Je kon hem uittekenen met zijn hoed. En als hij dan een bekende tegenkwam, nam hij dat hoedje af.

Daar in de Beekstraat nr. 25 in Zutphen moest ik aan hem denken. “Als ik een pettenwinkel begin, worden de kinderen zonder kop geboren” placht hij te zeggen. Hij was niet ongelukkig, zelfs een tevreden mens. Maar grote (zakelijke) successen heeft hij nooit gekend.

Maar ook de succesvolle pettenfabriek van meneer Krukziener ging uiteindelijk ter ziele. Ach ja, zo gaat dat….!

Blokjes

Dit zijn bouillonblokjes. Van die handige dingen, die het niet alleen in soep goed doen, maar ook smaak geven aan een sausje.

Ik maak ze zelf en vries ze in. Ik gebruik daar een recept van Nancy Birtwhistle voor, maar wel met een eigen twist.

Zo gebruik een flinke lepel miso pasta en verder wat ik in de vriezer heb opgespaard. Want in een grote diepvrieszak stop ik regelmatig wat stukjes groente, zoals bleekselderij, wortel, steeltjes van kruiden of champignons. In een paar weken heb ik dan een flinke zak vol en kan ik bouillonpasta/blokjes maken.

Ik fruit een flinke gehakte ui goed aan in een scheut olie, doe er wat knoflooktenen bij en kruid het met tijm, Italiaanse kruiden, flink wat peper, hete paprika en een theelepel zout. Dan de bevroren groenten erbij.

Alles zachtjes laten pruttelen, zo nu en dan omroeren en als het een beetje zachte massa is geworden, roer ik er de miso door en een eetlepel maizena. Na ongeveer anderhalf uur is het een dikke prut. Die laat ik afkoelen en mix ik daarna zo fijn mogelijk. Alles in ijsblokjesvormen en laten bevriezen. Daarna blokjes lossen en in diepvrieszakjes of bakjes doen.

Het lijkt een heleboel werk, maar ik weet nu wel wat er allemaal in zit en vooral wat er niet in zit. Bouillonblokjes zonder palmvet en veel minder zout. Dat is mij het werk wel waard.

En zo gaat er ook geen voedsel verloren.

Film

Weer gingen Leo en ik naar de film, en weer een Italiaanse: Nata per te. Een film die bijna naadloos aansloot op de film over Maria Montessori.

Dit is de link

Lucca is verzorger in een tehuis voor gehandicapten. Een tehuis waar de mensen zich thuis voelen en met elkaar een soort familie vormen. Ook Lucca zou graag een eigen gezin hebben. Maar als homo is het in Italië niet mogelijk een kind te adopteren.

Dan hoort hij dat een baby met Down is achtergelaten in het ziekenhuis. Niemand lijkt haar te willen adopteren. En toch wil de rechter niet toestaan om de zorg aan Lucca over te dragen.

Hij komt in contact met een advocate die zegt wel een maas in de wet te weten. Het wordt een slepende en zeer emotionele zaak. Lucca’s vriend trekt het niet meer, verlaat hem.

Lucca begint te twijfelen… wil hij niet te veel? Kan hij opboksend tegen de autoriteiten? Maar zijn verlangen naar een kind is zo groot dat hij tenslotte zo overtuigend pleit voor zijn zaak dat ook de rechter overstag gaat.

De film is gebaseerd op een waar gebeurd verhaal. Wij waren allebei ontroerd en zeer onder de indruk.

Maandag met muziek

Elke maandag zal de week beginnen met muziek. Oude songs, nieuwe wijsjes, van vroeger of net uitgebracht. Met veel aandacht voor allerlei talen, maar ook regelmatig een Nederlands nummer. Van heel vroeger, uit de tijd van de charleston of vroege jazz tot de hitparade van nu.

Het gaat niet altijd zoals je zou willen in het leven, maar ja, verder gaan moeten we wel.
Bette Midler bezingt dat mooi in Is that all there is…

Als de clip niet start, dit is de link

Hofje

Vorige week in Zutphen liep ik samen met nog wat anderen mee met een stadsgids. Hij wist ons veel te vertellen over het stadje en zijn geschiedenis. Het is altijd leuk om wat meer van zo’n plaats te zien en te weten.

In het straatje voor dit hofje maakte ik een foto van het doorkijkje. Maar binnen bleek ook nog veel te zien te zijn.

En wat onmiddellijk opviel, waren de prachtige hortensia’s in het middenperk. De gids vertelde dat er vroeger 16 huisjes stonden, behorend bij de Lutherse kerk. Er woonden meerdere mensen samen in zo’n huisje en dat was echt piepklein.

De bewoners zetten destijds geen bloemen in het perk, maar teelden er hun eigen aardappelen en groenten.

Er was welgeteld één secreet (WC) voor alle bewoners. En geen spoeling. Je ging gewoon op een tonnetje. Dat werd met regelmaat uitgegooid over… ja over dat middenperk. Mest genoeg dus. Vandaar die mooie hortensia’s….?

Nu zijn meerdere huisjes samengetrokken tot één woning. Nog steeds niet erg groot, maar gelukkig wel voorzien van moderne sanitaire voorzieningen.

Blij, blij…..?

Dit bord zag ik vorige week. Ik had nogal haast, dus nam ik niet goed de tijd om het van dichtbij te fotograferen. Maar de boodschap is toch goed te lezen.

Hoera, we hebben weer een gaatje. Nou fijn dan!

Daar hoef je toch niet blij om te zijn? Meestal betekent dat pijn, een nare behandeling en een fikse rekening van de tandarts.

Maar nee, zo is dat helemaal niet bedoeld natuurlijk. Een drukke praktijk, dus is het moeilijk een afspraak te maken. Maar nu is er weer een plek te reserveren. Ja, dat is weer wel een reden om blij te zijn.

Ach, alles is voor tweeërlei uitleg vatbaar.

Boek

Katharina Fuchs: Familielevens

Dit boek is een vervolg op het eerder besproken boek van Katharina Fuchs.

In Familielevens van Katharina Fuchs wordt telkens een beeld geschetst van wat Therese, dochter van Charlotte en de dochter van Anna, Gisela meemaken.

Het is kort na de oorlog, in een arm en verdeeld Duitsland.

De twee families zijn nu wat dichter verbonden, want Gisela is getrouwd met Felix, de zoon van Charlotte. Hij studeert nog en dus moet Gisela geld verdienen. Ze hoopte dat haar moeder haar bekende naaiatelier weer zou openen. Maar daar is geen sprake van. Zo vlak na de oorlog willen de vrouwen van Berlijn nog niet zo aan mode denken.

Felix laat zich meeslepen door vrienden en belandt in een hachelijk avontuur. Hij krijgt met de DDR-autoriteiten te maken en moet kiezen voor zichzelf of zijn vrienden.

Therese studeert rechten aan de Universiteit van Berlijn. Ook zij ondervindt moeilijkheden, want ze moet zich verweren tegen de vrouwonvriendelijke medestudenten en de professoren. En als haar beste vriendin en medestudente Marie de universiteit achter zich laat en een nieuwe carrière start, wordt het Therese bijna te veel.

Maar dromen zijn er om verwezenlijkt te worden. Alleen de tijd moet meehelpen.