Mieren

Niet alleen Romke van der Kaa schreef laatst iets over mieren. Ook op andere sites en op Facebook en Instagram zag ik hierover gepost.

Mieren zijn nuttige dieren, met een zeer gestructureerde maatschappij. Ze ruimen insecten en organisch afval op. Maar willen we ze in huis? Nee, liever niet. Want ze kruipen overal in. En een stukje cake met mieren of een suikerpot zwart van die kruipertjes vinden we maar niks. Maar buiten, in de tuin, hebben we er toch relatief weinig last van.

Een paar jaar geleden marcheerde een colonne mieren ook door ons huis. En omdat we geen gif gebruiken wilden, probeerden we een alternatief bestrijdingsmiddel. Kaneel scheen een prima mieren verjager te zijn. Maar overal in huis strepen bruin poeder was het toch ook niet 😉 😉

Bron: Google foto’s

Leo bracht toen een paar stukken kaneelzeep mee en die legde ik in de keuken en op andere strategische plekken.

En ja, dat hielp! Of de mieren nou die geur l niet lekker vinden of er door van de wijs gebracht worden…?

In ieder geval hebben we ze al jaren lang niet meer gezien.

Ja, wel in de tuin, maar daar mogen ze wat ons aangaat gewoon hun gang gaan.

Knalgeel

Ergens in de grote brij van FB-berichten kwam ik iets tegen over paardenbloemen. Niet geliefd in de tuin, want onkruid. Maar nuttig, want ze brengen door hun lange wortels lucht in de bodem en verbeteren die bodem met mineralen zoals calcium.

En hun kleur, daar ontkom je niet aan. Als er nog niet veel bloeit, dan zie je de paardenbloem al alom. Hele bermen staan vol te schitteren in de zon of vrolijken een sombere dag op met hun geel.

Ook insecten weten de bloemen te vinden en zoeken er stuifmeel en honing, dat in ruime mate voorhanden is. In Engeland wordt nog vaak wijn van paardenbloemen gemaakt (Dandelion wine), maar ook de bladeren kunnen door mensen gegeten worden.

Dat onkruid is dus helemaal niet zo onnuttig. Het zou dan ook helemaal niet zo gek zijn om die paardenbloemen nog even in de tuin te laten staan. Maar niet te lang, want hun pluisjes verwaaien snel en dan zit straks de hele buurt met paardenbloemen. 😉 😉 😉

Mooi

Tijdens ons bezoek aan Trompenburg Arboretum zag ik deze mooie kelken langs het water staan.

Een opmerkelijk gezicht, met dat frisse en uitbundige geel en maar heel weinig ook fris groen blad. Het is de Moerasaronskelk (Lychiton americanus).

Die naam moest ik natuurlijk opzoeken en toen kwam ik tot de ontdekking dat deze plant niet meer in Nederland verkocht mag worden.

Het is een invasieve soort en zou dus andere inheemse planten kunnen overwoekeren. Dat is natuurlijk niet de bedoeling. Ik vind het jammer, maar wel begrijpelijk.

Hij zou beslist heel mooi staan in onze tuin, maar dat past natuurlijk helemaal niet in ons mini vijvertje.

Gelukkig is er dus nog de mogelijkheid om die mooie plant in “gevangenschap” te bewonderen, in Rotterdam dus en ook in Appeltern.

Daar zullen de tuinlieden hem wel in toom weten te houden.

Badgast

Er komen vaker vogels badderen in ons vijvertje. Die zijn echter een stuk kleiner.

Maar de laatste weken komt deze grote dikke duif regelmatig van ons water gebruik maken.

Er vliegt wel eens een andere duif op de pergola, maar die wil niks van hem weten. En dan gaat hij maar weer eens een keertje in bad…

Hij is dik en een beetje sloom. Kijkt regelmatig wat in het rond, maar van verdere activiteit weten we niet.

Misschien wacht hij op zijn vrouwtje en willen ze straks, net als andere jaren, een nest maken op ons bovenlichtraam.

Maar dat willen wij niet, dus wordt het weer tijd om iets te verzinnen waardoor ze dat raam met rust laten.

Het is wel niet mogelijk om er een nest te maken, want ze glijden er telkens af. Om nog maar te zwijgen van de takken en takjes die er ook meteen af vallen.

Maar het maakt zo’n rommel en een heleboel lawaai. Vogels in de tuin zijn fijn, maar die duiven mogen wel een paar straten verder gaan.

Zadenbibliotheek

In de bibliotheek van Leeuwarden zag ik dit kastje staan. Niet alleen leuk, maar ook nuttig. Want in die vele laatjes kon je zaden doneren.

Ik dacht dat zoiets uitsluitend in Leeuwarden was, maar op internet (waar anders?) vond ik nog veel meer zaden bibliotheken.

Ik citeer maar even wat ik vond:

Wat is een zadenbibliotheek?

Dit is een plek waar je zaden kosteloos kunt lenen en ruilen. Er zijn in Nederland nu bijna 70 locaties! Elke locatie heeft een eigen collectie zaden van: groenten, kruiden en bloemen. De zadencollectie is op elke locatie anders. Welek zaden er zijn, hangt af van de zaden die er weer worden ingeleverd, gekregen of geruild.
Het kunnen zaden zijn van bedrijven die ze verzamelen, zoals de Perma-tuin van Roeach in Joure, van leners die zaden terug brengen of zaden die tuiniers inbrengen van hun tuinen. Ook zijn er soms restanten van overgebleven biologische zaden van zaderijen

Zo werkt het: Als je zaden leent, zaai je ze in je tuin. Van de planten die opkomen, laat je de mooiste plant bloeien én zaad maken. Let op: soms gaat een plant pas in het 2e jaar bloeien! Die informatie vind je op de pagina zaden vermeld.

Zaden zitten in de zaaddoos van de bloem of in de vrucht van bijvoorbeeld een pompoen. Dit zaad verzamel je en laat je drogen. Na het drogen breng je een deel van deze zaden terug naar de zadenbieb. Je zaden worden toegevoegd aan de collectie en weer uitgeleend aan andere tuiniers.”

Nu iedereen weer aan het zaaien en planten is de tuin, lijkt het me een goed moment om dit te promoten. Misschien is er ook wel zo’n zadenbibliotheek bij jou in de buurt.

Brugs kant

Copyright: Adri de Groot/www.vogeldagboek.nl

Al enige tijd volg ik het blog De vogeldagboeken van Adri de Groot. Hij maakt prachtige foto’s van vogels, insecten en planten. Ik kijk er met heel veel plezier naar en en leer er ook van.

Want vaak maakt hij foto’s niet ver van waar wij wonen. We hoeven dus niet eens zo ver weg te gaan om te genieten van zoveel moois.

Laatst was Adri in de Nieuwe Driemanspolder, ten noorden van Zoetermeer. En daar maakte hij deze foto, die ik voor mijn blog verkleinde. Klik hier om de originele foto te bekijken.

Een patrijshaan, in al zijn glorie gekleed voor een date met een willige patrijshen.

De natuur heeft zijn bruidegomsjas al klaar gemaakt. Kijk maar eens naar dat prachtige verenkleed, bruin met een kanten rand.

Voor mij is dit van een ontroerende schoonheid. Terecht vergelijkt Adri de Groot het verenkleed met Brugs kant. Zo mooi wordt het bijna niet meer gemaakt.

Niet voor iedereen

Bron:
THE GATE APPRECIATION SOCIETY/Facebook

Soms krijg je op Facebook dingen te zien waar je niet om gevraagd hebt. Je kunt ze wegklikken, maar vaak vind ik het toch wel leuk.

Zo ben ik sinds enige tijd aangesloten bij “THE GATE APPRECIATION SOCIETY”, een (uiteraard) Engels clubje dat overal op zoek is naar leuke of speciale hekken.

In Groot Brittannië zijn die gemakkelijker te vinden dan in Nederland. Hier zijn het vooral 13-in-een-dozijn-hekken, maar aan de overzijde van de Noordzee kun je je fantasie botvieren op van alles en nog wat.

En zo ontdekte ik dit hek, met een levensgroot spinnenweb met bijbehorende spin. Misschien wel ter afschrikking van vampieren of spoken…?

Maar sommige mensen zullen ook met angst en beven zo’n hek door stappen. Misschien wel het hele bezoek afzeggen, wie weet.

Ik niet hoor. Spinnen zijn tenslotte zeer nuttige dieren, die ook een plek in de biodiversiteit verdienen.

Vind ik ze, dan vang ik ze en zet ze buiten. Daar horen ze tenslotte.

Lente

Ik geloof dat de meteorologen de lente op de eerste dag van maart laten beginnen. Maar voor mij begint de lente officieel op 21 maart. Officieus zie ik de lente inmiddels al overal. Na de sneeuwklokjes schieten krokussen, narcissen en anemoontjes de grond uit.

En als de zon schijnt en je een beetje ui de wind gaat staan, voel je de zon al duidelijk. En dat is zo fijn.

Op internet begint ook de lente weer, in de vorm van “Beleef de lente“. Al sinds 2007 kun je in dit jaargetij mee kijken hoe diverse soorten vogels, zoals steenuil, kerkuil, ooievaar en zeearend zich voorbereiden op het leggen van eieren.

Elk jaar is het weer een belevenis en de mogelijkheid om via je computer, laptop of telefoon mee te gluren bij al die dieren. Meeleven met het wel en wee van nesten bouwen, eieren leggen of inbrekers of nestkrakers te verdrijven.

Ik vind het altijd weer spannender dan een detectiveverhaal. Ik zet in ieder geval de link vast op mijn computer en op mijn telefoon. Dat wordt weer vogelfilmpjes bekijken voor ik slapen ga.

Inspiratie

Met de zon hoog aan de hemel en een frisse wind door onze haren liepen Leon en ik door Arboretum Trompenburg. Ja, daar heb ik al heel veel keren aandacht aan besteed, maar het is elke keer toch weer anders.

Op dit moment, aan het prille begin van de lente, steken overal bolletjes de kop op en zie ik aarzelende sprietjes groen, die zich nog niet laten herkennen. Althans niet voor mijn leken-oog.

Veel bomen zijn nog kaal, maar vertonen toch al wat meer activiteit. Sommige lijken wat gehaaster en bloeien al voordat er blad verschijnt. Tegen een helderblauwe hemel levert dat een fraai beeld op.

En dan valt me nog meer op. Dat alle knoppen zo verschillend zijn, dat er bomen zijn met heel grillige stammen, andere daarentegen steken recht de lucht in maar zijn bekleed me dunne velletjes, die bijna uitnodigen tot friemelen en frunniken.

Zo is er dus altijd wel weer wat nieuws te ontdekken 😉

Wandelen

Zomaar onderweg met de wandelclub naar onze koffiestop ontdekte ik deze zwam.

Wel vaker zie ik grote zwammen op boomstronken, maar meestal zijn die een beetje vuilwit. Zo’n grote inktzwarte had ik nog nooit gezien.

Dit soort zwammen rangschik ik gemakshalve maar onder “elfenbankjes”, maar dat is natuurlijk helemaal fout.

Gelukkig kun je via “Google lens” enigszins nagaan wat voor soort het is en zo ontdekte ik dat het een soort vuurzwam is. Hij groeide op een stronk van een knotwilg.

Ach, het maakt natuurlijk niet uit hoe de naam precies is.

Ik vond hem in ieder geval waard om op de foto te zetten.

Geen vrolijke kleur, maar wel bijzonder.