Rep en roer

Vlak voor Kerst stond er ineens een bericht in de buurtpreventie-app. Er was een vreemde snuiter midden in de nacht gesignaleerd. Hij keek in brievenbussen en ging voor de deur staan met een telefoon. Spannend en niet echt vertrouwenwekkend. Dat men het wist, kon natuurlijk alleen maar door de vele “intelligente” bellen en camera’s die her en der geplaatst zijn.

Er werd een buurtwacht gevormd, die om half drie ’s nachts ging patrouilleren. En al die filmpjes moesten natuurlijk ’s morgens worden uitgelezen en bekeken. Er werden nog meer bellen en camera’s geplaatst. Wie ’s nachts even zijn bed uit ging, werd gevraagd en passant ook maar even een oogje in het zeil te houden. Al met al onze wijk was in rep en roer.

Ja, natuurlijk, niemand wil dat er ingebroken wordt. Niemand wil dat zijn spullen door anderen worden besmeurd. Maar of we dat ook kunnen tegenhouden?

Want ondanks dat er nu zoveel bewaking is (ook de politie patrouilleerde vaker) werden er toch fietsen gestolen. Hoogstwaarschijnlijk midden op de dag werden die zomaar in een bestelbusje gestopt. Maar ja, wie let er nou op een bestelbusje… daarvan rijden er dagelijks vele af en aan….

Eigenlijk is het beter maar niet te weten. Al die techniek geeft vooral zenuwslopende tijden…..

Fröbelwerk

Je ziet het op allerlei kooksites, prachtig opgemaakte schotels. Met een beetje saus, een geknoopt strikje bieslook en zo. Voor mij hoeft dat niet. Net zo min als de filmpjes van moeders die de lunch boterhammen van hun kinderen opleuken en er auto’s of treintjes van maken. Het is grappig en ik kan er ook wel bewondering voor hebben. Maar zelf doen… nee!

In Japan krijgen kinderen vaak zo’n mooie bentobox mee. Ik vraag me altijd af hoeveel tijd er in gestoken is. Moeder zal dat wel niet in een paar minuten klaar hebben.

En hoe reageren de kinderen daarop? Is het hap-slik-weg of kijken ze er een tijdje naar en eten het dan op? Dat is het plan, maar zonde van al dat werk vind ik het wel.

Onze jongens kregen een degelijk lunchpakket mee, geen fröbelwerk.

Toetjes

Er zijn, denk ik, maar weinig mensen die geen toetjes lusten. Die zijn er dan ook in allerlei vormen en smaken en dus kan iedereen wel iets lekkers bedenken als afsluiting van de maaltijd.

Het is dan ook niet verwonderlijk dat de tentoonstelling “Grand dessert” in het Kunstmuseum in Den Haag druk bezocht wordt. Het is een lust voor het oog en je neus. Want er zijn allerlei geuren te herkennen, je kunt (met je ogen) genieten van drilpuddingen tot ijscoupes in soorten en maten.

Samen met Lies bekeek ik een enorme verzameling puddingvormen, konden we likkebaardend kijken naar gehaakte fruittaarten, macarons en andere heerlijke zoetigheden. Er was een grote proeverij van taartjes, koekjes, bonbons en snoep te bewonderen. Niet te eten, want de kunstenares is allergisch en mag geen desserts eten. Dan maar van glas, net zo mooi, zoet en heerlijk om te bekijken. Maar zonder allergenen en zonder calorieën…. 😉

Er was ook plaats ingeruimd voor kookboeken, zodat we even konden uitrusten en een beetje inspiratie op doen om thuis te gaan koken en bakken.

Kortom een heerlijke tentoonstelling, mooi opgesteld en sfeervol. Ik kon er niet genoeg van krijgen, dus ga ik zeker nog een keertje kijken.

Markt

We gingen weg met stralend weer, maar toen we naar een half uurtje uit de metro stapten was het inmiddels grauw en grijs en een beetje miezerig weer.

Toch is dan ook de markt een lekkere plek om even rond te lopen. Er is altijd reuring. Je hoort er diverse talen, zeker in een stad als Rotterdam. En ook de koopwaar varieert van boerenkaas tot Spaanse pepers en alles wat daar tussen kan zitten.

Het was deze dag rustig, dus kon ik op mijn gemak wat foto’s maken. Gewoon maar wat indrukken.

Andere koffie

Bron: Facebook / Koek en Snoepie

Nee, dit fraaie koffiezetapparaat staat niet in mijn keuken. Ik vind hem leuk, maar wel een beetje groot. En niet passend bij mijn keukeninrichting. Al doe ik daar niet al te moeilijk over.

Maar ik denk dat dit bijzondere exemplaar niet zomaar overal te koop is. Dat is een apparaat voor echte koffie- en echte kattenliefhebbers.

Maar wat een schatje is het. Ik wed dat schoondochter er ook wel even over zou willen dromen, maar het bij nader inzien toch maar houdt op het exemplaar dat nu in haar keuken staat.

Dit is toch iets meer voor een museum, een kattenmuseum dat dan weer wel! Al zou iets van Delfts Blauw ook nog kunnen.

Niet duurzaam

Na een aantal keren ontkalken lekte de koffiemachine. Het schijnt een klein defect te zijn en een Handige Harry zal het snel kunnen repareren. Maar wij zijn geen HH’s en elektriciteit en water vinden we een te linke combinatie.

Dus bestelden we een nieuwe. Compleet met thermoskan en filter. Dat kan niet anders. Aan die kan en het filter kan weinig kapot. Waarom kun je dat dan niet los kopen? Zou veel duurzamer zijn, toch?

Nu staat er in onze kast een reservekan van de vorige machine en in de berging een kan die iemand zo mee mag nemen. Maar op de buurt-app kreeg ik geen mens voor.

We kunnen nog zo veel schrijven of praten over verduurzaming, dat helpt geen steek. Fabrikanten zullen er ook over na moeten denken en de spullen en hun onderdelen apart verkopen.

Of misschien moeten we weer allemaal terug naar de pot met een los filter. Zo deed ik dat vroeger en het geurde zo lekker ’s morgens vroeg. Maar ja, ik zag dat Melitta inmiddels ook is overgegaan op elektrische kofie-apparaten….!

Keukenmeid

Toen ik dit gedicht op Facebook zag, dacht ik meteen aan m’n moeder. Die kon ook zo sappig vertellen, zeker als ze samen met haar twee zussen aan het kletsen was. Want alle drie hadden ze ervaring als dienstbode. En heus, niet alle mevrouwen waren aardig en menselijk.

Een brief van een keukenmeid
Mevrouw, ik heb je liever laten zitten
Omdat je niks van me verdragen kan.
Den heelen dag dat drijverige vitten,
Daar werd ik veels te tegenstrijdig van.
Als ik ‘ t van te vore had gewete’,
Was ik niet in zo’n slavedienst gegaan.
Ik heb geen trek om kliekjes op te ete’,
Die van ’n maandag in de kelder staan.

En dan dat adder van ‘n jongejuffer,
Wat heeft dat nest me toch maar getemteerd.
Dat was maar stommeling en boere-suffer,
Dat heeft ze zeker van d’r moe geleerd.
Hoe krijgt zo’n netekop geen ongelukkie
Mevrouw, dan was je dat dierage kwijt.
Ik heb genoeg van jullie kouwe drukkie,
Ik ben ’n mens al ben ik maar een meid.

Me moeder die zal om me kassie kome,
Ik heb ’t espres niet op slot gedaan.
Kijk jij maar vrij, ik heb niks meê genome,
Ik ben wel slecht, maar alles laat ik staan.
Nou mag je zelf de bakker ope-make
En redder je zelf nou je boel maar als je kan;
’t Is lekker vrijdag, daarom ga ik staken,
Doe nou de trap maar met je manniman.

Dan had je nog dat eeuwig trappe sjouwe,
Van de kwitansies stond de bel niet stil,
En dat je m’n percente-geld bleef houwe,
Is voor ’n meid ‘n veels te groot verschil.
Van laatst die mense, die zijn weze ete,
Heb ik me fooitje ook al nie gehad;
Die mense moste maar verachtig wete,
Dat me meheer d’r voor te roke zat.

Ik mot niet voor getuigen bij je weze,
Daar heb je niks an van zo’n snert-mevrouw.
Als je m’n brief maar goed hebt uitgeleze,
Val dan voor mijn part maar ’n beetje flauw.
En nou mevrouw, mot ik je nog wat zegge
Kijk gauw ’s in die grote mellekkan.
Daar vin-je dertien rooje cente legge,
Koop daar ’n flessie wonderolie van.

(Uit: De beste gedichten van J.H. Speenhoff; verzameld en ingeleid door J. Greshoff. Beeld: Anders Zorn ‘de keukenmeid’ 1919)

Bakkerij

Het laatste weekend voor Kerst 2024. Tijd om de spullen klaar te zetten. Suiker, meel, boter, eieren, chocolade. Dit weekend staat in het teken van kerstkoekjes bakken.

En dan later op de dag, als alles op tafel staat, moet de rommel worden opgeruimd. Hopelijk maken Leo en ik er niet zo’n grote zooi van als hier in deze Weihnachtsbäckerei.

Als de clip niet start, dit is de link

Handigheidjes

Bron: Instagram / Jerryscience

BussyBessy vroeg om handige tips. Handigheidjes die we regelmatig gebruiken om ons werk in huis en tuin of gewoon, ons dagelijks leven, gemakkelijker te maken. Tips, die wil ik altijd wel. Ik verzamel ze vooral via Instagram, maar ook via Pinterest.

Soms sta je bij een winkel, zie je iets en weet je niet of dat nou wel of niet bij jou thuis zal passen.

Dan kom met je eigen handen een heel eind. Het is natuurlijk geen millimeterwerk, maar je benadert de maten toch redelijk goed.

Veilig

Al maanden stond er een fles lampenolie in de berging. Dat spul gebruik ik eigenlijk alleen maar om mijn hobbyscharen schoon te maken. Tenminste, als ik die fles open kan krijgen. Er zit namelijk een veiligheidsdop op, want je wilt niet dat kinderen zo’n fles zo maar open draaien. Vaak is het spul ook nog aantrekkelijk gekleurd, dus ja, logisch.

Maar dan begint de strijd. Dop indrukken en tegelijkertijd draaien. Er volgt een knarsend geluid, maar de dop blijft dicht. Ik probeer het nog eens, met meer kracht. Leo wordt te hulp geroepen, maar ook hem lukt het niet. Ik zoek op internet naar een oplossing. Maar nee, die vind ik niet. Wel tig handleidingen en een bericht over de noodzakelijkheid van die dop. Ja, ja, dat snap ik dus.

Ik wrik met een schroevendraaier de rand los. Maar ook dat biedt geen soelaas. We proberen nog eens op verschillende manieren die fles open te krijgen, gebruiken brute kracht, doch het mag niet baten. Zullen we die fles terugbrengen? Ja, maar een identieke dop op een andere fles geeft natuurlijk dezelfde problemen.

Tenslotte probeer ik het met een soort van tang, die eigenlijk dient voor blikjes met een lipjesssluiting. Maar de scherpe punten hebben wel grip op de fles en ja….! Eindelijk is hij open. Zonder drukken, maar wel met heel veel kracht. Eindelijk weer schone scharen. En met een liter van die lampenolie kan ik jaren vooruit. Voorlopig hoef ik geen nieuwe.

Die fles staat nu ergens hoog en droog en vooral veilig opgeborgen. Ik kan wel weer even vooruit.