Klaar mee

Filmpjes van YouTube waarbij je kunt kijken in huizen of hoe een interieur-adviseur of binnenhuisarchitect een huis of kamer opnieuw inricht, ik vind ze enig.

Natuurlijk verschuift de smaak en de mode in interieurs, net als alles. Was het eerst wit wat de klok sloeg, simpel en een beetje minimalistisch, nu is het weer wat meer kleur. Soms zie ik zelfs nogal sombere interieurs voorbij komen. Nou ja, ik hoef alleen maar te kijken. Er zelf wonen is niet aan de orde.

Maar vorige week zag ik ineens de cover van een interieur-magazine met weer zo’n “gallery wall”. In de keuken nog wel. En ineens bedacht ik me dat ik daar nu wel helemaal klaar mee ben.

De eerste keren vond ik het wel leuk, maar hoe meer van die plaatjesverzamelingen ik zie, hoe meer het me gaat tegen staan.

Voorlopig kijk ik maar even niet naar al die opnieuw in te richten kamers, keuken of toiletruimtes. Het is gewoon even genoeg 😉

Boek

Marian Geense:
Acht vrouwen in een mannenwereld.

In 1956 verzamelen zich een aantal vrouwen voor de deur van de DVSV (Delftse Vrouwelijke Studenten Vereniging) op de Oude Delft 26.

Tegen de toen nog geldende norm van “vrouwen trouwen” hebben deze vrouwen besloten om te gaan studeren. En nog wel een technische studie te gaan volgen. En dat is iets waar de mannelijke studenten erg aan moeten wennen.

In dit boek volgen we de levens van 8 vrouwen. We zien hoe het met hun dromen, hun gedrevenheid, hun passies en liefdes in de loop van de jaren vergaat.

Het is een gemengd gezelschap. De vrouwen komen uit alle lagen van de bevolking. Sommigen zijn beschermd opgevoed, maar leefden redelijk welvarend. Anderen komen uit gezinnen waar een vader ontbrak, elke cent omgedraaid moest worden. Sommigen werden tegengewerkt, anderen kregen met de paplepel ingegeven dat ze hoe dan ook moesten studeren.

Nu willen én moeten ze allemaal op een bepaalde manier hun eigen leven invullen, werken en studeren tegelijkertijd. Maar ook feesten, want dat hoort bij een studentenleven.

Er ontstaan relaties, er komen kinderen, huwelijken worden gesloten. Ze zijn soms gelukkig, soms minder en bij tijd en wijl totaal niet gelukkig.

Al met al een mooi tijdsbeeld van een wereld waarin zoveel dingen veranderden. Een deel van die veranderingen heeft onze generatie van dichtbij meegemaakt. Ik vond het dan ook interessant de ervaringen van anderen te lezen.

Het boek is geen roman in de zin van één lang verteld verhaal. Het zijn stukjes uit het leven van de vrouwen, telkens in een bepaalde periode.

Geen makkelijk lezend boek, maar wel heel boeiend!

Hooimadam

Dit is ze dan, mijn hooimadam. Een gezellig type, aldus onze oudste zoon.

Ze mag wel niet moeders mooiste zijn, ze werkt uitstekend. Ik kook er bijvoorbeeld zilvervliesrijst in. Dat moet altijd 25 minuten doorkoken. En dat kost tamelijk veel gas.

Nu zet ik ‘s-morgens 500 gram zilvervliesrijst op met een halve liter koud water, vul als dat kookt aan met nog een halve liter kokend water uit de waterkoker. Mijn pan is dan net vol. Tien minuten zachtjes laten doorkoken en dan in de hooimadam.

‘s-Avonds is de rijst gaar. Natuurlijk is zo’n volle pan veel te veel voor één keer. Dus ik verdeel het in porties en vries die in. Extra voordeel: geen aangekoekte rijst in de pan.

Ik kookte er ook al met succes groentenbouillon in en peulvruchten. En ik bedacht dat het misschien helemaal niet zo gek is om eens te kijken of het ook met aardappelen of pasta zal gaan. Ik hou jullie wel op de hoogte.

Ik moet wel een beetje plannen en vooruitzien. Maar dat heb ik er graag voor over.

Geen wolkje

Bron: Google foto’s

Zaterdagavond, rond half zeven, de zon is al achter de huizen gezakt. Het wordt donker.

Als ik de straat inkijk, zie ik geen wolkjes. Ja, in de lucht wat kleine schapenwolkjes. Maar uit de schoorstenen van de huizen komt niks. Dat was wel eens anders. Rond deze tijd en temperatuur zag je overal de rookpluimen boven de daken. Toen stookten de mensen nog. Nu heeft iedereen, ook wij, de thermostaat op “standje zuinig” gezet.

En zitten we dus soms een beetje te kleumen. Niet dat we verrekken van de kou, maar comfortabel is toch anders. We trekken sneller een vest aan en ‘s-avonds leg ik een klein dekentje over mijn benen. Ik vind het een beetje kneuterig, maar met kouwe knieën is ook niks.

Hoewel we de energieprijzen met argusogen bezien, kunnen wij de temperatuur nog wel redelijk op peil houden. Maar hoe dat bij andere mensen gaat? Wie had ooit kunnen bedenken dat we zo snel in de penarie zouden komen…

Minder dan een tientje

In mijn kookboekenkast staat een uiterst praktisch boek ” 365 dagen eten onder 10,00 gulden”. Ik heb er heel vaak iets uit gemaakt in de tijd onze jongens in de groei en dus hongerig waren.

Nu zie ik in de Allerhande een artikel over koken voor minder dan 10 euro. Weliswaar voor 5 dagen, dus er moeten nog heel wat meer recepten komen om een heel jaar zuinig te kunnen koken.

Maar wat een verschil met de recepten in mijn oude boek. Destijds had nog niemand het over “traybake” of “pokebowl”.

Mijn oude boek is zuinig uitgevoerd, met weinig illustratie en op goedkoop papier gedrukt. Praktisch, maar niks flitsend of hoogglans.

Groenten, aardappelen en een stukje vlees waren de hoofdingrediënten van de maaltijd. Witte rijst of elleboog macaroni kwamen sporadisch ter tafel.

Groenten staan gelukkig nog steeds hoog op de boodschappenlijst. Maar nu staan daarnaast pompoenpitten, lasagnebladen, (volkoren) fusili op het boodschappenlijstje.

Ik ga eens zoeken naar wat ik toen regelmatig op tafel zette en wat ik nu uit die Allerhande ga maken.

Armoede

Steeds vaker lees je over kinderen die zonder ontbijt naar school moeten. Dat is toch verschrikkelijk.

Bron: Google foto’s

Toen ik klein was, was het bij ons thuis echt geen vetpot. Soms moest mijn moeder eerst melkflessen inleveren om van het statiegeld brood en beleg te kunnen kopen.

Maar ik kan niet herinneren dat er geen eten was. Dat was er altijd. Misschien niet zo uitgebreid, soms geen spekkie naar mijn bekkie. Maar zonder ontbijt naar school of met een knorrende maag naar bed, ik kan het me niet herinneren.

Nu alles duurder wordt en de energieprijzen de pan uit rijzen, wordt het stilaan noodzaak op de kleintjes te letten. Soms zijn prijsverhogingen duidelijk, soms verborgen. Ook kan het geen kwaad alle uitgaven eens tegen het licht te houden. Hoe “noodzakelijk” is het soms?

Mijn moeder lette op elke cent die ze uitgaf. Maar nu hebben we een bankpas en geven we zo makkelijk geld uit. En voor je het weet is het saldo opgegaan aan…. ja, waaraan. In veel huishoudens zal ongetwijfeld nog bezuinigd kunnen worden, maar eten is en blijft een eerste levensbehoefte.

En kinderen in de groei moeten echt ontbijten. En dat hoeft geen kapitalen te kosten. Een witte of bruine boterham met kaas, worst of zoet beleg. En voor wie dat niet wil is er natuurlijk nog altijd zoiets als havermout of pap met melk of yoghurt en wat appel of honing.

En kom met nou niet aan dat “suiker de pest voor je lijf is”, want al vele generaties zijn er groot mee geworden. Beter een beetje zoetigheid dan flauwvallen in de klas!

Borstels en bezems

Sinds lange tijd liep ik weer eens over de Lijnbaan. Al lang niet meer de chique winkelstraat die het vroeger was. Toen allerlei mooie zaken, nu voornamelijk (vr)eettenten, goedkope mode- of sneakerwinkels. Of ben ik te oud voor deze tijd?

Toen de Lijnbaan in 1953 werd geopend, werkte mijn zus op het Stadhuisplein. Je kunt je voorstellen dat al die fraaie winkels door haar en haar collega’s druk bekeken werden. Hoeveel dromen over mooie schoenen, tassen, fraaie japonnen en nog veel meer (toen) te dure aankopen zullen er wel bij elkaar gedroomd zijn.

Er zaten toen ook nog veel speciaalzaken. Er was de handschoenenwinkel van Laïmbock en de winkel van Th. Malais, gespecialiseerd in borstels, zeemlederen lappen en stofdoekenmandjes. Mijn zus was toen 23 en had al vaste verkering. Er was sprake over verloven en trouwen.

Ik hoorde haar wel met mijn moeder praten over ragebollen, meubelborstels, sponsen en hoe je het best kon ramen lappen. En waar die spullen moest kopen.

Zoiets ging mij niet aan. Mijn interesse lag bij een andere speciaalzaak op de Lijnbaan, die van Meijer en Blessing, voor speelgoed.

De zaak van Malais is al weer jaren weg, opgegaan in een ander bedrijf of gewoon failliet bij gebrek aan klanten. Stofdoek en meubelschuiers zijn vervangen door swiffer en microvezels.

Pompoenen

We reden langs velden doorspikkeld met grote oranje bollen in allerlei maten. En langs de kant van de weg kraampjes, karretjes of flinke karren met pompoenen in allerlei kleuren, vormen en maten. Ze werden gretig gekocht, vaak stonden er al mensen bij. De keuze was soms moeilijk. Niet alleen door de hoeveelheid, maar ook doordat er flinke zware jongens bij zaten. En op de fiets is zo’n pompoen toch lastig ….

Vroeger waren ze toch een beetje excentriek, buitenissig. Maar nu kun je je bijna geen groentezaak meer zonder voorstellen.

Natuurlijk stopten we bij zo’n kar. Ik had ze voor het uitzoeken. In de auto stond al een doos. Kwam dat mooi uit! Die was dus rap gevuld. Netjes geld in de kassa gedaan, natuurlijk.

En thuis alles uitgestald op het rek voor het raam. Nog wat takken en blad erbij zoeken en ik ben klaar voor de herfst.

En straks naar de groentenman, want natuurlijk wil ik ook pompoensoep maken. Met gember, lekker!

Veilig

Op mijn boodschappenlijstje van vorige week stond onder andere het “Vega kookboek van Karin Luiten”, dat ik mezelf had beloofd. Het was even zoeken, maar gelukkig vond ik het tenslotte in het schap van de week- en maandbladen. Een onbeschadigd exemplaar, in krimpfolie en met een AH-streepjescode erop.

Omdat ik het niet tussen en op mijn andere boodschappen wilde leggen, zette ik het op het uitklapzitje van het karretje. Het was mijn laatste boodschap, dus liep ik naar de kassa om af te rekenen. Ik legde alles op de band, scande mijn app en gaf de chagrijnige kassière antwoord op haar vragen. Kraskaartjes, zegels? Graag, graag… 😉

Ik pakte wat verderop mijn boodschappen in de tassen en liep de zaak uit, via de scancode op mijn kassabon. Eenmaal buiten viel mijn oog ineens op het boek. Hemeltje, dat had ik helemaal niet afgerekend. Welgeteld één seconde overwoog ik om stoïcijns door te lopen, maar ik bedacht me dat ik geen enkel recept uit een achterovergedrukt boek zou kunnen maken. Dus liep ik de winkel weer in en meldde me bij de klantenservicekassa om alsnog af te rekenen. Het meisje achter de balie verblikte of verbloosde niet toen ik zei dat ik zo maar met dat boek weg had kunnen lopen. Dat er geen bel of alarmsignaal was afgegaan. Dat dus die hele beveiliging geen cent voorstelde. Ze haalde haar schouders op. Het was tenslotte haar verantwoording niet.

Eigenlijk heb ik stiekem wel een beetje gegrinnikt om de hele toestand. Want we leven inmiddels in een wereld waar alles afhankelijk, gekoppeld of gestuurd wordt door allerlei digitale dingen. Er wordt een veel te groot belang gehecht aan aan al die elektronica. Mensen komen er nauwelijks nog aan te pas. Maar het gaat ook regelmatig mis en voordat men daar achter is gekomen…. 😉 😉 😉

Vakantieherinnering

In Vietnam (in 2001) zag ik hoe al die leuke dingen die we bij Xenos, Casa en andere winkels zien, gemaakt worden.

Want dit soort mooie rotan vogelkooien werden met de hand gemaakt. Net als mandjes en ander klein spul. En niet alleen dat, maar ook stenen en dakpannen voor lokaal gebruik waren vaak voor het grootste deel handwerk.

Dat realiseren we ons misschien niet, maar het was voor de mensen in deze landen een welkome bron van inkomsten. Hoe het nu is, weet ik niet.

Jammer genoeg was zo’n vogelkooi veel te groot om mee te nemen. Want al hebben we dan geen vogel, een plant had er ook heel mooi in gestaan. Nu blijft slechts de herinnering. Want tot kopen in Nederland is het nooit gekomen.