Wie op Instagram kijkt, wordt overladen met berichten over bakken met zuurdesem. En ook ik raakte geïnspireerd en probeerde al eerder een starter te maken. Maar echt van de grond kwam het niet. Het is ook wonderlijk, zo’n pot met iets ondefinieerbaars, dat lijkt te leven.
Ik ontdekte Maison Viridi, waar Kirsten Ripke laat zien hoe alles in zijn werk gaat, op haar website, maar ook op YouTube en Instagram. Daar leerde ik hoe ik een starter aan de praat krijg. Alleen maar door regelmatig meel uit mijn voorraadpot en water uit de kraan te vermengen. Uiteindelijk stond er dan na een week een mooie bubbelende starter op mijn aanrecht. Ik kon eindelijk gaan bakken. Wel met veel geduld, want haast heeft zuurdesem niet.
Op zondagmorgen was de starter mooi gegroeid en maakte ik met mijn keukenmachine het deeg voor het brood. Dan moet het enkele uren rusten. Aan het eind van de middag kon ik het brood vormen en in een kom doen. Nou moest het een nacht in de koelkast. En dan, op maandagmorgen, kon ik het brood in de oven schuiven.
En kijk, daar was mijn zuurdesembrood. Mooi bruin, een beetje te zelfs. Het geurde heerlijk, maar moest nog even afkoelen. Spannend moment, doorsnijden en het binnenste keuren. Een mooi gelukt brood, dat heerlijk smaakt. En vraagt naar meer. Nu is het nog een vrij simpel recept, later ga ik me op ingewikkelder recepten storten.
Mijn starter bleef een week lang prima in de koelkast en was daarna snel weer klaar voor een tweede brood. Ook dat lukte goed. Ik heb, geloof ik, de smaak nu echt te pakken.
Vind ik leuk:
Vind-ik-leuk Laden...