Afgelopen weekend vierden we de verjaardagen van het hele gezin in een leuk vakantiehuis op de Veluwe.
Wij gingen met de auto en dus zorgden we voor de nodige boodschappen om zo’n weekend gezellig door te komen. We hadden aan van alles gedacht, veel te veel mee genomen, behalve… zout.
Want toen jongste vrijdagavond pannenkoekenbeslag wilde maken, was dat nou juist niet voorhanden. Meel, melk, eieren ja die waren er. Maar zout….? Maar geen probleem, vond oudste. Dat haal ik toch even bij het naburig restaurant.
Even dachten we dat hij een geintje maakte. Maar nee, hij stapte de deur uit en kwam even later met een klein bakje zout terug. Himalyazout nog wel. Het werden heerlijke pannenkoeken.
En ik heb maar een lijstje gemaakt voor komend jaar. Want zout vergeten, dat zal me toch niet meer gebeuren.
Toen ik deze foto in mijn archief zag, wist ik niet meer zo goed waarom ik hem maakte. Maar opeens schoot me te binnen wat ik er op het eerste gezicht bij gedacht heb. Want al dat exotische fruit… kenden we dat vroeger al wel?
Nee, natuurlijk niet. Ananas, perziken, mango’s, die waren zo’n jaar of vijftig geleden niet vers te koop. Die had je toen alleen in blik. En dat was me toch bijzonder. Dat kwam niet doordeweeks op tafel bij ons. Dat bleef voorbehouden aan bijzondere gelegenheden, zoals kerst. En gek genoeg, als er dan zo’n bijzonder toetje op tafel kwam, vonden we het doorgaans niet eens lekker. Wij hielden meer van de oer Hollandse rijstebrij, lammetjespap met bessensap. Zo nu en dan maakte mijn zus pudding uit een pakje, flan van Dr. Oetker. Daar kwam geen vel op. En er waren wel twee (!) smaken, vanille en chocola. Later kwam er ook nog caramel bij. Zoete herinnering.
Nu staat in de super een overdosis aan toetjes in alle soorten, maten en smaken te koop. En voor de broodnodige variatie kun je ook nog ongelofelijk veel soorten fruit kopen. Maar gek, ik koop het nooit. Toetjes waren jaren in de ban vanwege de slanke lijn. Nu eten we soms weer wel wat toe. Dan mix ik bessen, banaan en yoghurt tot een smoothie. Of roer ik geraspte appel, rozijnen en kaneel door wat kwark. Tijden veranderen…
Omdat ik niet te veel zout wil eten, koop ik nooit kant en klare kruidenmixen. Ik maak het liever zelf en doe dat dan ook wanneer ik met een recept bezig ben. Dan is het mengsel natuurlijk niet altijd gelijk, maar hangt het er een beetje vanaf waar ik zin in heb.
Niet iedereen zal het zo doen. Als een smaak je goed bevalt, kun je natuurlijk ook een potje met je eigen kruidenmix vullen. Hier staan er een heleboel bij elkaar. En voor de wat exotischer kruidenmengsels kun je hier terecht.
Een leuk potje met een geurig mengsel en een leuk zelfgemaakt etiket is ook nog eens een gezellig cadeautje.
Misschien willen jullie de lekkere pruimen plaattaart ook wel eens maken. Nu zijn tenslotte de pruimen nog volop te koop of moet je ze nog van je eigen bomen plukken. Hier volgt dus het recept:
50 gr zachte boter
150 gr suiker
1 zakje vanillesuiker
2 grote eieren
250 gr bloem
1/2 zakje bakpoeder
scheutje melk
750 gram stevige pruimen
25 gram suiker
2 theelepels kaneel
evt. wat amandelschaafsel
Oven voorverwarmen op 170 graden Celsius Pruimen wassen, goed afdrogen en in tweeën snijden en pit eruit halen. Bakplaat of bakvorm met bakpapier bekleden.
Meng boter, suiker en vanillesuiker door elkaar Klop de eieren
er door en voeg het meel met de bakpoeder toe. Roer tot een stevig
beslag. Voeg eventueel wat melk toe als het te stevig is, want het
moet goed smeerbaar zijn. Strijk het beslag uit over de bakplaat.
Verdeel de pruimenhelften er over en druk die een beetje aan,
zodat ze goed in het deeg liggen.
Bestrooi de pruimen met kaneel en suiker (wat minder als het heel zoete pruimen zijn, wat meer bij iets zuurder pruimen) en als je het in huis hebt wat amandelschaafsel.
Bak de plaattaart in het midden van de voorverwarmde oven circa 30 tot 40 minuten. Het ligt aan je oven hoe lang de baktijd exact is, hou dat in de gaten. Wanneer een satéprikker in het midden van de taart gestoken er droog uit komt, is de taart gaar.
EET SMAKELIJK!!
Als je nou denkt, dat ik zo’n recept eventjes uit mijn mouw schud… Nee hoor, ik zocht en vond op Smulweb.nl dit heerlijke recept van Petra Wiggers, dat ik zeker nog eens vaker ga maken.
Vroeger, heel lang geleden, hadden mijn ouders vrienden met een grote tuin, waarin allerlei fruitbomen en struiken stonden. En als de gesprekken niet voor kinderoortjes geschikt waren, werd ik de tuin in gestuurd. Daar mocht ik snoepen van het fruit. En wat was dat lekker!!! Het is nog steeds een zalig zoete herinnering 😉
Het buitenlandse fruit, die onrijp en nog groen geplukte vruchten uit allerlei Verwegistan, kan niet tippen aan de smaak van mijn herinnering.
Maar vorige week kocht ik geen buitenlands fruit, maar een doos Nederlandse pruimen, rijp geplukt. En toen ik thuis kwam en een pruim proefde, wow, wat een smaak. De volgende dag terug naar de winkel en meteen nog twee dozen gekocht. Ja, ogen die groter zijn dan de maag…
Het was zonde die heerlijke pruimen te laten bederven, dus bakte ik een flinke plaattaart. Maar hemel, nu had ik niet alleen te veel pruimen, maar ook teveel taart. Gelukkig wilden de buren wel meedelen. En hielp Leo ook danig mee om alles op te eten.
Over de hele wereld moeten mensen eten. Dus zul je over de hele wereld winkels vinden waar je eten kopen kunt. En omdat elke cultuur andere gewoontes heeft, zul je ook andere dingen in zulke winkels kunnen kopen.
In de moderne wereld kunnen we steeds meer “vreemde” spullen kopen, want mensen blijven zoeken naar juist datgene wat ze van thuis kennen. Dus in een stad als Rotterdam vind je winkels voor diverse nationaliteiten. Zelf ga ik regelmatig naar een Turkse supermarkt, want daar hebben ze verschillende soorten filodeeg, heerlijke feta en prachtige grote, zoete dadels en abrikozen. En voor een speciaal soort kaas ging ik weleens naar de Italiaanse super in de stad. Op de markt vind ik Portugese, Spaanse en Marokkaanse kramen met kruiden, gedroogde bonen en olijven.
Maar dit winkeltje kende ik nog niet. Blijkbaar is de Russische gemeenschap in de stad groot genoeg voor een eigen supermarktje. Binnenkort ga ik daar eens rondneuzen, want wie weet, wil Marlika na haar behandeling in Moskou alleen nog Russische dingen eten. En dat is dan helemaal geen probleem meer 😉
Zette mijn moeder vroeger witlof op tafel, wist ik al genoeg. Geen
trek, bah zo bitter. Maar tegenwoordig smaakt witlof me meer dan
lekker. Al maak ik het helemaal anders klaar dan moeders het deed.
Witlofschotel
Voor 2 personen: ca. 500-600 gram witlof ca. 450 gram kruimige aardappel ca. 150-200 gram ham in plakken ca. 75-100 gram pittige kaas in plakken boter en/of olie ca. 200 ml. melk peper, zout, nootmuskaat 2 theelepels balsamico azijn (optioneel) 2 eetlepels geraspte kaas
Verwarm de oven voor op ca. 175 graden. Schil de aardappels en
kook ze met wat zout en maak er met de warme melk een niet al te
stevige puree van. Breng op smaak met peper, zout en nootmuskaat.
Vet een ovenschaal in. Maak de witlofstruikjes schoon en
snijdt ze in de lengte in vieren. Smelt wat boter (en eventueel
ook wat olie) in een grote koekenpan en leg de gesneden witlof er in.
Laat op half hoog vuur ongeveer 8 tot 10 minuten zachtjes bakken.
Draai de struikjes om en bak ook deze kant nog ongeveer 5 tot 8
minuten. Bestrooi zuinig met zout, royaal peper en wat
nootmuskaat. Verdeel de balsamico azijn erover (als je daar van
houdt). Laat afkoelen. Snij de de ham in zoveel stukken als er
kwart witlof is. Rol elk stuk in de ham en leg in de ovenschaal.
Verdeel de kaas er over. Schep tenslotte de puree over de groenten,
strijk glad en strooi er wat geraspte kaas over. Bak de schotel
ca. 25-35 minuten in de oven totdat de bovenkant mooi goudbruin is.
Echtgenoot was niet zo gek op spinazie, maar sinds enige tijd vindt hij het juist wel erg lekker. Komt dat goed uit, want ik ben er dol op. Ik maakte dit keer een variatie op een recept van vroeger. Dat was weer favoriet bij onze kinderen en aten we meestal als Leo een avondje niet thuis was.
Spinazie onder een dekentje 400 gram spinazie 3 tomaten, in stukjes gesneden 1 ui, gehakt 1 teen knoflook, fijngehakt 45-500 gram kruimige aardappelen 100 gram geraspte kaas 3 eieren 1 theelepel gemalen komijn (djinten) (optioneel) peper, zout, nootmuskaat melk boter of olie om te bakken
Fruit in een hapjespan de ui tot deze glazig is. Voeg de tomaat toe en laat dit ook even zacht worden. Doe dan de spinazie in gedeeltes erbij en laat slinken en heel even pruttelen. Net te lang, het hoeft nog niet helemaal gaar te zijn. Breng op smaak met komijn., wat peper en zout (als de spinazie wat te grof is, knip ik er met de keukenschaar wat door om het iets fijner te maken) Laat iets afkoelen. Kook de aardappelen en maak er met wat boter en melk een zachte puree van. Maak op smaak met peper, zout en nootmuskaat. Klop de eieren los met wat melk, roer er de geraspte kaas door (hou ca. 2 eetlepels achter) en voeg eventueel nog wat peper en zout toe. Roer het grootste deel van het eiermengsel door de spinazie en doe over in een ingevette ovenschaal. Dek af met de puree en giet hier voorzichtig het restant (ca. 4 eetlepels) van het eiermengsel over. Strooi de rest van de kaas er over en bak in een voorverwarmde oven op 175 graden in ca. 30-35 minuten goudbruin.
Buurvrouw Marlika vroeg me om het recept van de preitaart die ze bij mij gegeten had. En dat geef ik graag, want zo’n taart is makkelijk voor te bereiden, een stevige maaltijd of lekker hapje erbij. Helemaal vegetarisch ook nog.
Voor 4 personen heb je nodig: 300 gram zelfrijzend bakmeel 150 gram (volle) kwark 4-6 eetlepels melk 1/2 tot 1 theelepel zout (naar smaak) Meng alles in een kom tot een stevige bol deeg. Rol het in folie of bakpapier en laat het minimaal een uur in de koelkast rusten. Rol het daarna op een met bloem bestoven aanrecht uit tot een lap die past in je bakvorm. Prik met een vork wat gaatjes in de bodem. Snij de vorm eventueel een beetje bij.
Voor de preivulling heb je nodig: 900-1000 gram prei, gewassen en in smalle halve ringetjes gesneden 1 rode of gele paprika in stukjes 100 gram licht pittige (geiten)kaas in kleine blokjes + ca. 40 gram gemalen kaas 8-10 kerstomaatjes, doormidden gesneden klein potje creme fraiche (1/8 liter) 4 eieren tijm, peper, zout en nootmuskaat naar eigen smaak Boter of olie om in te bakken
Bak eerst de paprika licht aan, zodat ze wat zachter wordt. Voeg dan de prei toe, schep alles voorzichtig om en smoor op laag vuur in ca. 10-15 minuten. De prei moet nog niet al te gaar zijn. Laat afkoelen. Meng in een kom de eieren met wat peper, zout en crème fraiche tot een glad mengsel. Schep er de prei en kaasblokjes door en meng goed. Giet in de beklede bakvorm. Strooi de geraspte kaas erover en druk de halve kerstomaatjes er rondom in. Zet de vorm in een hete oven (200° Celcius) en bak gedurende 15 minuten. Verlaag de oventemperatuur naar 160° Celcius en bak nog 25 tot 35 minuten tot de taart mooi goudbruin is. Wordt hij te bruin, dek dan af met wat alufolie. Eet de taart warm of lauwwarm. Maar ook koud smaakt hij nog prima.
De twee foto’s hier hebben niks met elkaar te maken, maar toch vind ik ze bij elkaar horen. De eerste is een kaart, die ik Londen kocht en de tweede foto maakte ik in Den Haag. Victorie en wereldvrede, ze beginnen allebei in de keuken.
Dus pak de kommen en schalen er maar bij. Klop de eieren, schuif de schotels in de oven. Dan kunnen we straks aan een lange tafel de belangrijke zaken samen eens rustig bespreken. Misschien is er ook nog wel een brouwer of een wijnboer die zijn producten wil promoten. Kom er gerust bij! 😉 😉 😉