Vrolijk

voorjaar.jpgHet weer kan me op sommige dagen behoorlijk parten spelen. Ik wordt een beetje chagrijnig van al dat grijs en grauw. Van de week was het niet alleen nat, maar ook nog mistig. Bah! Maar toen kwam ik terug van het boodschappen doen en zag ineens dat er tientallen sneeuwklokjes in de voortuin staan te bloeien. Alsof ze zeggen willen “de lente komt er heus wel aan hoor!” En ook de bomen krijgen al wat grotere knoppen. Dus niet somberen, maar fris en vrolijk voorwaarts, op naar het voorjaar!

 

Planten…

Onze mooie buxus heeft helaas het leven gelaten. Ook hij/zij was niet bestand tegen de aanvallen van de buxusmotten. Hans, onze tuinman had me wel een zakje met korreltjes gegeven. Opgelost in water kon ik daarmee spuiten en het was absoluut biologisch en ongevaarlijk voor andere dieren. Maar in het voorjaar had ik even heel andere dingen aan mijn hoofd en zodoende kwam er van dat spuiten niet veel terecht. Zeker niet toen ik van alle kanten hoorde dat de vogels er ook niet tegen konden. En zo kwam de buxus dus aan zijn/haar eind en dat is beslist heel jammer. Maar ja, zulke dingen gebeuren en dus kwam Hans met zaag en spade en was de struik ineens weg.
Leo en ik gingen naar het tuincentrum, waar nu ineens een enorme hoeveelheid kerstbomen stonden. Het was dus zoeken tussen de overige planten. Maar goed, het is gelukt en nu staan er drie Viburnums klaar om groter te groeien en ook nog een Leucothera. Maar eens kijken hoe dat er in de toekomst uit gaat zien….
planten

Eigen oogst

Eigen-oogstDit is het begin van een -hopelijk- uitbundige oogst aardbeien. We kijken ze zowat de grond uit! Maar natuur laat zich niet dwingen, dus zullen we geduld moeten hebben.
Ze worden één voor één rijp en dan plukken we ze meteen. Anders vinden de vogels ze of rotten ze weg.
Ik hoef dus nog geen potten te sparen voor jam.
Maar in ieder geval hebben we dit jaar een eigen oogst(je)….
Ze smaken overigens voortreffelijk.

Binnenkomertje

binnenkomertjeNiet altijd is er inspiratie voor een blog. Maar dan zijn er gelukkig nog altijd mijn foto’s die me op ideeën brengen. Vandaag is zo’n dag, een blog over bijna niets.
Alhoewel, ik vind deze Suzanne met de mooie ogen toch een prachtig binnenkomertje. Ik plantte haar in een oude gieter, naast de regenpijp. Wat draadjes om in te klimmen en Suzanne is tevreden. En iedereen die bij mij aanbelt, wordt door haar hartelijk welkom geheten.

Prachtig

prachtigDe natuur is wonderschoon. Alles wat groeit en bloeit kan me blijven verbazen. Kijk nou naar deze waterlelie, die zich deze week in onze vijver ontvouwde.
Na de winter is er niks te zien, totdat er wat bladeren boven komen drijven.
En dan ineens is daar een knop. Die blijft lang dicht gevouwen.
Maar dan op een dag ligt er zo’n mooie bloem in de zon te schitteren. Suikerzoet roze bladeren en een hart van stralend geel.
Ik word daar heel blij en gelukkig van. En als het nou nog een beetje langer zulk mooi zomerweer blijft, dan komen er steeds nieuwe bloemen bij. Helemaal gratis en voor niks elke dag weer een feestje.

Mooi toch…?

Vorige week, net na een fikse regendag, begon de zon aarzelend te schijnen. Zo zag onze tuin er toen uit.
Ja, ja, ik ging natuurlijk op een goede plek staan, zorgde er voor dat er niet al te veel 😉  onkruid te zien is. Een klein beetje geflatteerd is het wel, maar goed. Dit is toch onze tuin, waar ik elke dag met veel plezier naar kijk. En in het voorjaar met nog een beetje meer plezier. En dat wilde ik gewoon even delen.
mijn-tuin.jpg

Natuur

Gek toch… wij mensen verbazen ons over de lange winter, de koude lente. De natuur zegt niks maar wacht met uitlopen tot de temperaturen een beetje aangenaam zijn. En dan, dan volgt er een groeispurt. Want nog nooit heb ik de bomen en struiken zo snel in bloei zien komen. Was er eerst nog geen zweempje blad of bloem te zien, in een paar dagen staat alles in volle bloei. Jammer dat het dan ook weer zo snel weg is, maar laten we niet klagen. Gewoon genieten van al dat moois…. Geweldig toch?

Visite

Nu de dagen kouder en korter zijn, komt er zo nu en dan een grote reiger in onze tuin. Hij staat op de rand van de vijver en kijkt of er iets te snaaien valt. Soms vangt er een een kleine salamander. Maar gek genoeg liet hij die ook weer vallen. Misschien was dat een beetje onhandig type. Zijn honger stilde hij in elk geval niet erg.
Ik vind zo’n beest beslist erg mooi, maar ben toch niet zo blij met zijn komst.
Te groot, te veel aanwezig, een beetje buiten proportie. Hopelijk poept ie niet, want een reigerflats is enorm en stinkt als de hel. Maar ja, hij komt en hij gaat zo hij wil. Aan mij wordt niks gevraagd en wegjagen, nou ja dat gaat me te ver.
In het wild, in de polders rondom Rotterdam zitten tegenwoordig veel reigers. En ook in de wijktuin zie je ze vaak. Als het heel koud wordt, bivakkeren er soms wel meer dan vijftig bij de grote vijver daar.

Drama…

bron: Google foto’s

De vuurdoorn in onze tuin is dringend aan een snoeibeurt toe. Ik was dat al langer van plan, want weken geleden stond ik klaar om te gaan knippen. Toen begon papa Merel op de pergola angstig te piepen. Ik wist het niet, maar hij en moe Merel waren al aan een tweede leg begonnen. In het nest dat veilig leek, daar in die prikkende vuurdoorn. En dus liet ik de boel de boel. Dat snoeien komt later nog wel.
Niet dat ik rampspoed kon voorkomen. Want afgelopen zondag is het in de tuin ineens een kabaal van jewelste. Papa Merel vliegt van de ene kant naar de andere kant, met een dikke worm in zijn bek. Mama Merel fladdert heen en weer, angstig piepend. En een ander zielig piepen komt uit de vuurdoorn.
Dan springt de buurtkat ineens vanaf de schutting en schiet ijlings weg. Hij kijkt schichtig en schuldig achterom. Pffft…. het zal toch niet? Maar dan zie ik de beide vogels weer af en aan vliegen, met dikke wormen en slakken in hun bek. Het zal dus wel niet zo’n vaart gelopen hebben. Nog een paar keer horen we zulk kabaal en dan snellen we naar de deur, trekken hem open en roepen “ksss” om die kat te verjagen.
Maar gisteren hoorde ik opeens wel heel angstig piepen, maar zag ik geen kat. Ik installeerde me met goed zicht op de tuin. En al na een paar minuten kwam moe Merel aangevlogen. Ze landde op de grond, net naast het keitjespad. En ja, daar zat een klein mereltje. Ik zag z’n bekje opensperren. Even later wipte hij het pad op en och wat een kleintje was dat. Nog met fluffige nestveren, geen staart, niet in staat om te vliegen. Hij was ook een beetje mank. Die kat had hem dus wel degelijk te pakken gehad. Och arme, amechtig scharrelde hij rond en viel uiteindelijk tussen de keien. Je zag hem nauwelijks. Moe kwam er weer aan, met twee oranje bessen in haar bek. Merelkind nam ze nog wel aan, maar nee, dat mocht niet meer baten. Deze zou het niet halen.
Een klein drama, zo dicht bij huis, vlak onder mijn neus…. Je zou er een verhaal over kunnen schrijven.

Bewaren

Bewaren