Niet in trek

Na de IJsheiligen is het weer tijd om de potten in onze voortuin te beplanten.

Naast de bergingsdeur, in de schaduw van een muurtje en een welig tierende klimhortensia staan twee potten die ik altijd met fuchsia’s vul. De vorig jaar zo keurig overgehouden planten hebben helaas de winter dit keer niet overleefd. Dus op naar het tuincentrum voor nieuwe.

Normaal is dat geen probleem. Fuchsia’s vond ik er altijd in soorten, maten en kleuren. Maar dit jaar zocht ik me suf. Keek ik nou zo verkeerd? Maar nee, pas na goed zoeken vond ik een paar bakken met wat kleine planten.

Bron: Google Foto’s

Ik keek nog eens goed rond en realiseerde me dat het assortiment ineens heel anders geworden was. Blijkbaar is de klantenkring overgegaan op moestuinieren, want er was een uitgebreide keus aan kool, kruiden, sla en andere groenteplanten. Maar geen plek voor Fuchsia’s.

Ik vond uiteindelijk maar een paar planten. Die zullen dus flink moeten groeien om mijn plaatsje deze zomer op te fleuren.

Zaaien

Het is weer de tijd om te zaaien. Wonderlijk vind ik dat altijd. Je stopt mini korreltjes in de grond en later groeit er iets uit.

Dit jaar hoop ik te kunnen genieten van grote oranje afrikanen, snoeptomaten, basilicum en nog wat andere planten.

Ik heb geen kasje, dus moet ik wel een beetje improviseren met potjes op de vensterbank of ergens in huis. Ook moet ik me inhouden wat het aantal potjes betreft, want het heeft geen zin om straks met een overdaad aan planten te zitten en die dan in de kliko te moeten gooien.

Maar vorige week ging ik aan de slag en wie schetst mijn verbazing dat er al na enkele dagen wat sprietjes van de afrikanen op kwamen. Als die zo door blijven gaan, kunnen ze straks de concurrentie aan met de zonnebloemen. Ik volg het nieuwsgierig.

Dwarsig

Er zijn mensen die dwarsig van nature zijn. Maar dat je ook planten hebt die zulke trekjes vertonen, dat wist ik niet.

Want een beetje dwarsig is deze krokus toch? Ligt er een hele border vol gezonde en vruchtbare grond, ruimte zat om veilig te groeien. En wat doet dit exemplaar?

Die steekt zijn paars-witte kopje dwars tussen twee grote grindtegels door. Nauwelijks ruimte voor een bloem, nog minder voor wat bladeren. En dan ook nog de enige paars-witte naast een hele verzameling dieppaarse soortgenoten.

Iemand zei eens dat je de bloemen krijgt die je verdient…. Doordenkertje!

Belofte

De wereld kan op z’n kop staan, er mag van alles gebeuren, veranderen of verdwijnen.

Maar er is één ding wat nooit verandert. En dat is de natuur. Wat voor malle strapatsen we ook uithalen, hoe onmogelijk het ook lijkt en wat er ook gezegd of geschreven mag worden. De aarde blijft doordraaien en elke dag gaat de zon op.

En elk jaar wordt het ook weer lente. Vroeg of laat, of het warm is of koud. Ineens staan er sneeuwklokjes te bloeien in de tuin, steken narcissen hun kopjes boven de aarde.

Dat is en blijft altijd zo en dat is altijd weer hoopvol.

Moestuin

Een moestuin hebben, moet heerlijk zijn. Maar om er zelf een te starten zie ik toch niet zitten. Zo’n tuin bij anderen bewonderen, er met plezier over lezen, ja dat dan weer wel.

Zo’n tuin brengt een heleboel werk met zich mee. En dat was in vroeger niet anders. Daarom hadden rijke mensen dan ook een of meerdere tuinmannen, die zorgden voor alles. Van spitten, snoeien tot zaaien en oogsten. Met een flinke kas voor de stekken en zaailingen.

Ik herinner me een serie uitzendingen op de BBC, waarin een Victoriaanse moestuin werd opgezet, onderhouden en waaruit werd gekookt. En niet alleen ik maar ook een columniste van “The New Yorker” vond het uitzonderlijke afleveringen, waarin van januari tot en met december alle stadia van de tuin worden belicht. Die serie is nog te koop bij Amazon.

Destijds heb ik het allemaal met heel veel plezier bekeken. Later kocht ik ook het boek dat naar aanleiding van die serie verscheen. Met mooie foto’s van de tuin natuurlijk, maar ook met foto’s en tekeningen van de keuken waar het allemaal gemaakt werd. Met heerlijke verhalen over hoe “downstairs” zorgde voor de heerlijke gerecht die bij “upstairs” op tafel kwamen.

Kleur

Al wandelend ontdek je op dit moment de mooiste kleuren in de natuur. En dan valt me altijd op dat, hoe verschillend ze ook zijn, er nergens een combi is die vloekt. Dit in tegenstelling tot de keuzes die je in sommige etalages of advertenties ziet.

Groen, geel, rood, wat flets blauw of zacht lila. Alles laat zich moeiteloos combineren. En dat vind ik dan weer fabelachtig. Ik put er, in deze gekke tijd, op de een of andere manier ook een beetje troost uit. Wat volgens mij heel veel andere mensen ook doen. Nu we niet meer zo ver en veel kunnen reizen, zoeken we het dicht bij huis. En vinden we schoonheid in de natuur om ons heen.

Voor deze kleurenpracht hoef ik niet eens ver te lopen. Naast het hek van ons voortuintje staat op dit moment de esdoorn zich druk te maken.

Van mij mag hij dat nog wel even blijven doen. Maar ja, straks komt de wind en zie ik alleen nog kale takken.

Maar ook, en dat is hoopvol, de knopjes van de bladeren die in het voorjaar weer uit zullen komen.

Oogst

Veel had ik me er niet van voorgesteld, toen ik een paar manden geleden een kerstomaatje offerde om te zaaien. Maar het liep zo voorspoedig. Mooie stevige stengels en ja!!! Er kwamen bloemen aan.

Maar wat een teleurstelling, toen het maar bij een paar bloemetjes bleef en ik wel heel lang moest wachten op iets wat eerst op een doperwt en langzaamaan op een mini-tomaatje ging lijken.

Nou ja, dit was voorlopig het resultaat. Die ene, in dat kleine schaaltje. Hebben we hem ook nog eerlijk gedeeld….
Die daarachter kwamen gewoon van de supermarkt 😉

Er hangen nu nog twee mini bolletjes aan de plant te rijpen. Maar die stoppen we dus ook gewoon in onze mond. Tomatensoep zal ik er niet van kunnen maken….zucht!

Druk verkeer

Tegen de muur van onze berging staat deze klimhortensia. Op dit moment bepaald niet zijn meest fraaie verschijning. Maar oh, wat hebben we er een lol aan.

Want elk jaar vind een merelpaar dit een uitstekende plek om te gaan nestelen. Dus hebben we nu al maanden druk heen- en weer gevlieg van pa en ma merel. Ik vermoed dat er zelfs wel een paar nestjes achter elkaar zijn geweest.

Ik weet niet of het elk jaar dezelfde vogels zijn. Maar dit jaar zijn ze in elk geval niet al te schuw. Ook al zitten wij ’s morgens aan de koffie in de schaduw, ze vliegen steeds weer af en aan. Eerst even kijken of de kust wel echt veilig is en dan met een noodvaart de bladeren in. Daar worden ze met veel gepiep ontvangen. Dan verstomt het gekwetter en vliegen ze weer opnieuw uit.

Ja, ze laten wel eens iets vallen, al zullen we ze daar maar niet om verjagen. We wachten nu met spanning op het uitvliegen van de jongen. En houden de likkebaardende katten een beetje op afstand.

Kunst(je)

Meestal gebruik ik eigen foto’s en dan nog helemaal onbewerkt. Nou ja, kleiner gemaakt omdat ze anders niet passen in een blog. Maar geen filters, veranderingen of wat dan ook. Puur foto dus.

Maar ik zie zo nu en dan wel eens iets voorbij gaan waarvan ik denk, “dat zou ook wel eens leuk kunnen wezen”.

En zo zat ik laatst een beetje te spelen met wat foto’s. Niet alles werd toonbaar. Dat lag aan de foto’s, maar ook aan wat ik allemaal (nog) niet kan.

Maar dit wil ik toch wel laten zien. Een foto van wat daglelies in onze tuin, gefotografeerd bij volle zon. En daarna omgezet naar een potloodtekening met Photoshop. Beetje zitten schuiven met kleursterkte en toen was dit het resultaat.

Zeker niet verkeerd toch?

Dit is de originele foto. Best aardig voor het archief, maar niet zo heel erg bijzonder.

Wat leuk toch dat je er nu met wat techniek iets aardigs van kunt maken.

Zelfgemaakt

Zo een lekkere pot met “klassieke”pesto. Maar… pesto van eigen oogst basilicum.

Ik kocht, nog voor de C-crisis, gewoon bij de Lidl een pakketje met aarde, zaad en bakje en zaaide zoals het op de instructies stond. Ik keek de zaadjes de grond uit. Elke ochtend sproeien en kijken. Maar pas na een paar weken werd mijn geduld beloond.

En alsof die sprietjes toen haast hadden te groeien, schoten ze de grond uit. Nu staan er op het rek voor mijn keukenraam meerdere potjes met felgroene blaadjes. Die geuren zo heerlijk. En het smaakt ook verrukkelijk.

Het is maar een “moestuintje” van niks, maar het plezier is er niet minder om.