Ik reserveerde het boek van Michelle Obama bij de bieb. Een dikke pil, waarin de eerste zwarte First Lady van de Verenigde Staten beschrijft hoe ze de persoonlijkheid is geworden die ze nu is. Het gaat dan ook niet alleen over de zeer enerverende jaren dat zij en haar gezin in het Witte Huis woonden.
Michelle Robinson is een telg uit een gewoon, niet bemiddeld Afro-Amerikaans gezin. Ze is geboren in Chicago, waar de ze woonde in South Shore. Haar ouders benadrukken dat je moeten leren om in de wereld vooruit te kunnen. Ze is een slim meisje, dat al vroeg wist dat ze zich op vele terreinen moest bewijzen en vaak afvroeg “Ben ik goed genoeg?
Wanneer ze Barack Obama leert kennen en met hem trouwt, wijst niets er nog op dat hij eens POTUS (President of the United States) zal worden en zij dus FLOTUS (First Lady of the United States). Michelle kent dezelfde problemen die miljoenen werkende vrouwen over de hele wereld hebben. Mannen hebben een carrière en daar helpt de vrouw hen bij. Door standby te zijn, te zorgen dat het dagelijks leven zo soepel mogelijk verloopt. Wil de vrouw ook carrière maken, dan heeft ze een probleem. Want zij moet ook de kinderen baren, verzorgen, het huishouden op rolletjes laten lopen en tegelijkertijd in een fulltime of parttime baan functioneren.
Wanneer het gezin Obama in het Witte Huis trekt, zijn de twee dochters nog maar 10 en 7. Hoe ervaren zij die enorme ommekeer, die druk van altijd omringd door beveiligers, nooit zomaar eens er op uit kunnen gaan? Hoe moeten zij worden opgevoed, zodat ze later evenwichtige, zelfstandige mensen worden. Michelle heeft het daar heel moeilijk mee, voelt zich verantwoordelijk. Ze wordt ook geconfronteerd met de “publieke mening”. Elke jurk, elk gebaar, ja elk woord van haar wordt op een goudschaaltje gewogen. Maar hoe je het ook went of keert, er is altijd wel iemand die het negatief benadert.
Al met al een lezenswaardig boek dat de vele projecten belicht, die zij voor jongeren en veteranen heeft opgezet. Die zijn voor haar vele malen belangrijker dan alle glans en glitter.
Category Archives: boeken
Boekenfestijn
Elk jaar als er in Ahoy een boekenfestijn wordt gehouden, gaan we erheen. Niet speciaal om boeken te kopen, maar vooral om te kijken wat er is. En ook om te neuzen bij de knutselspullen, die altijd worden aangeboden. Helaas wordt het aanbod telkens minder en dit jaar kwamen we dan ook met maar een paar reisboekjes terug. Toch blijven we gaan. Alleen al om de sfeer, het snuffelen langs al die lange tafels en zien wat er aangeboden wordt. Grappig ook om te zien hoe het aanbod met het jaar verandert. Vorige jaren waren er tal van vegetarische kookboeken te vinden. Nu moest je daarnaar met een lantaarntje zoeken. Wat we wel zagen waren hele stapels kleurboeken, over allerlei onderwerpen. Duidelijk een hype geweest, die nu op retour is. En puzzelboeken ook te kust en te keur. Die blijven natuurlijk altijd goed. En wie niet buiten lijstjes en dagelijkse bevindingen noteren kan, kon ook terecht voor een keur aan bullet-journaals, to-do-lijsten, dagboeken voor van alles. Voor films, slapeloze nachten, reizen en yoga-vorderingen. Voor elk wat wils.
Goed gevoel…
“Bah, wat een gallebakkenweer”, zegt Leo. Ik kijk uit het raam en zie de regen neer gutsen. Nee, geen weer om vrolijk van te worden. Maar kom op zeg, in huis is het warm en droog, er is eten en drinken genoeg en met een lampje aan en een goed boek hoeven we ons humeur niet te laten vergallen.
Gelukkig hebben we daar geen boekje bij nodig. Dat lossen we zelf op.
Lezen….
Ze stonden vroeger boven ons bed, grijpklaar om te lezen voor het slapen gaan. Ontelbare keren lazen Leo en ik de verhaaltjes van Simon Carmiggelt. Korte spitse en rake vertellingen over allerlei mensen in alledaagse situaties. Maar geschreven met een zachte humor, vol ironie, die ons deed glimlachen of gniffelen. Rake beschouwingen van een begenadigd schrijver.
Lange tijd was het stil en leek Simon Carmiggelt vergeten. Wij vonden dat vreemd, want die stukjes zijn nog altijd lezenswaardig en moeten toch ook de moderne lezer tot lachen brengen. Gelukkig worden de boeken, ter gelegenheid van Carmiggelts honderdste geboortedag, weer herdrukt. Ze zijn nu zelfs als e-boek te leen bij de on-line bibliotheek. Ik heb er meteen een gereserveerd en kan nu dus nog comfortabeler, warm onder het dekbed en lekker uitgestrekt, lezen.
Boek
De omslag en de titel van dit boek intrigeerden me, dus leende ik het in de bieb.
De Zweedse Doris is al bijna honderd jaar oud, maar woont nog op zichzelf. Dat gaat wat moeizaam, maar met behulp van thuiszorg lukt het haar. Voor geen goud gaat ze naar een verzorgingshuis. Ze is verknocht aan het oude huis, waar ze haar dagen mijmerend aan tafel doorbrengt. Zo nu en dan strompelt ze naar haar laptop, die de verbinding is met haar nichtje, het enige nog overgebleven familielid. Jenny woont echter ver weg, in Amerika en ondanks regelmatig Skype-contact mist Doris haar. Ook Jenny mist haar tante, zou zo graag bij haar zijn.
De thuishulpen komen en gaan. Sommigen zijn aardig en geven persoonlijke aandacht aan Doris, anderen doen plichtmatig wat hen is opgedragen. Ze hebben geen oog voor de behoeften van de oude vrouw en weten al helemaal niet wat er in haar leven heeft afgespeeld. Zij zien alleen een eenzame vrouw. Langzaamaan kom je achter het zeer bewogen leven en de vaak trieste gebeurtenissen die Doris heeft meegemaakt. Ook Jenny begrijpt pas laat wat er allemaal in dat lange leven gebeurd is, wie er belangrijk waren. Heeft Jenny nog de kans om iets voor elkaar te krijgen…?
Boek
Dit boek stond al een hele tijd op mijn lijstje, maar was in de bieb steeds uitgeleend. Maar toen zag ik bij de e-bieb dat het ook te downloaden was. Nog beter, want het is beslist een hele pil en zo’n e-reader ligt lekker in de hand. Ruim 400 pagina’s dus het beloofde veel leesplezier. En dat gaf het ook. Zo’n heerlijk boek over een Engelse familie van goede huize. Met een hele rits van bedienden. Ze wonen in Londen, maar brengen de zomer door in het landhuis in “the country”, in Sussex.
Telkens wordt een klein stukje van het dagelijks leven daar beschreven, soms uit het standpunt van de zonen of enige dochter, de schoondochters of bedienden. Maar ook de kinderen vertellen op hun manier hoe het leven voor hun verloopt. Een enorm huis, waar de hele familie, soms met aanhang en bijbehorende familie ’s zomers verblijft. Het zijn de jaren voor de oorlog, geld in overvloed en nauwelijks zorgen, zo lijkt het. Alles rozengeur, maneschijn? Nee, natuurlijk niet, ook hier vallen regelmatig schaduwen over het dagelijks leven, zijn er problemen, mogen geheimen niet aan het licht komen.
En zo langzaam aan gaat het richting 1939. Donkere wolken stapelen zich op aan de horizon.
Een heerlijk boek, om je helemaal in te verliezen. En wat nog fijner is, er zijn er nog meer…. Inmiddels heb ik ook het tweede deel uitgelezen en kijk ik in spanning naar de komende delen.
Boekenwinkel
Even dreigde de winkel definitief zijn deuren te sluiten, maar personeel zorgde er voor dat een doorstart mogelijk werd. In het oude ABN-AMRO-gebouw aan de Coolsingel werd Boekhandel Donner opnieuw ingericht. Ja, dat is al wel weer een tijdje geleden en de winkel miste nog een beetje allure.
Maar nu is Donner echt als een fenix uit de as verrezen. Er wordt nog steeds druk verbouwd aan dat oude ABN-AMRO-gebouw, maar een deel is al klaar en daar, juist daar zit nu Donner. Fris en weer met een heel uitgebreide collectie. Zo’n winkel waar je lekker snuffelen kan tussen rijen boeken. Boeken voor grote en kleine mensen, voor iedereen! Waar je boeken vindt over allerlei uiteenlopende onderwerpen. Niet alleen maar de toptien, maar ook dikke en zware boeken over treinen, stations, koken, filosofie, ict, wereldproblemen, opvoeding. Gewoon, over alles!
Boek
Na ons bezoek aan de tentoonstelling over Iran was mijn nieuwsgierigheid weer gegroeid naar dat land. Hoe graag zou ik dat willen bezoeken, zien hoe Esfahan, Persepolis en Teheran er in het echt uitzien. Maar een aantal dingen houden me tegen. Ik moet er niet aan denken altijd in zo’n verhullende lange jas te moeten lopen, ook als het bloedheet is en dan ook nog mijn haar te moeten bedekken en dan nog de politieke situatie… Niet bepaald prettig.
Maar gelukkig zijn er dan altijd mensen die het wel aandurven. Zoals Eefje Blankevoort, die in de periode 2002 – 2006 verschillende malen in Iran was. Ze is 23 jaar als ze er begint met een onderzoek naar de propagandakunst. Daarnaast leeft ze te midden van de jongeren in Teheran, leert ze de taal spreken en reist ze naar verschillende andere steden. Ze heeft contacten met diverse jongeren die het leven in Iran willen veranderen. Haar belevenissen geven een mooi beeld van een land met vele verboden, maar met een levendige en onvermoede andere kant van het bestaan. Niets is wat het lijkt, er kan niet veel en toch is er bijna alles mogelijk. Je moet de valkuilen alleen wel met een zekere swung weten te omzeilen. En zo nu en dan geluk hebben of de juiste relaties…
De schrijfster schuwt het avontuur niet, maar is wel altijd op haar hoede.
Natuurlijk houdt ze na haar terugkomst in Nederland de situatie in Iran nauwlettend in de gaten en heeft ze nog regelmatig contact met haar vrienden daar. In 2017 gaat ze weer terug en vindt ze het land én de mensen veranderd, hoewel veel hetzelfde is gebleven. Nog altijd een land dat me nog nieuwsgierig maakt, maar plannen om er heen te gaan zijn er nog steeds niet…
Boek
Dit is het vervolg op “Het huis van de vroedvrouw”, dat ik al besprak. En ook dit heb ik in één adem uitgelezen.
Goed geschreven, boeiend, menselijk en een beetje rauw. Maar met ontroerende passages en onverwachte ontwikkelingen.
Becky is gediplomeerd verpleegster, heeft al een hele carrière achter de rug. Ze was assistente van dokter/chirurg Isaac Blum. Maar van hem is nog maar een schim over als het boek in 1934 begint. Blum is volkomen de kluts kwijt nadat zijn vrouw is verongelukt en hij op dezelfde dag dat dat gebeurde een patiënt onder zijn handen heeft zien doodgaan. De man kan niets meer, moet geholpen worden met alles. Als ook zijn broer hem uit huis heeft gezet en ze werkelijk berooid zijn, rijdt Becky, de wanhoop ten prooi, met hem terug naar West Virginia, waar ze onderdak vinden bij een vriendin. Het is de tijd van de grote depressie en half Amerika lijkt werkloos. Ook Becky zoekt een baantje, maar tevergeefs. Dan krijgt Becky werk in een soort werkkamp voor jonge mannen. Ze behandelt er allerlei kwalen, maar moet ook haar mannetje staan bij een grote ramp.
Becky is voor geen kleintje vervaard, maar voor bevallingen heeft ze een ongelofelijke angst. Toch beslist het lot dat juist zij de plaatsvervangster van de vroedvrouw moet worden. En dan verandert er langzamerhand van alles en komt er toch nog een klein beetje “happy end”.
Boek
Eigenlijk las ik dit boek te laat, want het er op volgende deel had ik al gelezen. Toch bleef ook dit boek boeien van begin tot eind. Patience Murphy is op de vlucht. Waarvoor komt stukje bij beetje in het boek naar voren. Ze woont dan al een paar jaar in een huisje op het platteland van West Virginia. Ze is min of meer een “selfmade” vroedvrouw in een gebied waar nog geen goede ziekenzorg bestaat en heeft het vak van een oudere vroedvrouw zo goed en zo kwaad geleerd.
In het Amerika van 1929, kort na de beurskrach, is armoede heel normaal. Er is geen werk voor de vele tienduizenden arbeiders. Velen gaan op zoek naar werk in andere gebieden en trekken langs de wegen. Patience leeft alleen en eenzaam, maar krijgt gelukkig toch hulp uit onverwachte hoek. Maar ook die hulp veroorzaakt moeilijkheden, die tot voor kort onmogelijk leken te bestaan. Een boek over een moeizaam, zwaar en hard leven vol verdriet, maar ook met lichtpuntjes die de hoop op betere tijden doet opleven.