Vrij zijn

Toen ik klein was leerde ik in een vakantie fietsen. Dat was in een rustige straat in een rustig dorp, waar de auto’s nog op één hand te tellen waren.

Thuis in Rotterdam mocht ik soms een fietsje huren. Maar ver er op weg rijden, dat mocht ik beslist niet. Rechtsom en na vier straten was ik weer in het zicht van moeder, die angstig uit het raam keek

Bron: Google foto’s

Onze kinderen speelden in de buurt, er was nog volop ruimte. Of ze altijd zo veilig waren? Ik denk het niet, maar over hun bijna-ongelukjes hoorde ik pas toen ze al volwassen waren. De kinderen van nu hebben fietsjes, steps en kunnen gaan en staan waar ze willen.

Of zie ik dat verkeerd? Want mama kijkt nu niet meer uit het raam, maar op haar laptop. Ze kan ze volgen met een soort van horloge, soms tot op de meter nauwkeurig. Misschien voor de ouders geruststellend, maar voor de kinderen lijkt het me benauwend.

En dat die horloges ook voor ouderen een uitkomst zouden zijn, zodat je zoon of dochter kan kijken waar je bent…. daar moet ik toch ook niet aan denken. Ik hou liever mijn vrijheid 😉

Alles kan

Bron: Facebook

Nee, dit blik zagen we niet in het Museum of Brands. Ik kwam het tegen op Facebook en wist meteen dat ik hier over wel wat wilde schrijven.

Want Leo zegt vaak dat je “Alles kunt verkopen, mits goed verpakt.” En goed verpakt is dit wel! Een blik met gedroogd water…

En nu vraag ik me natuurlijk af hoeveel mensen hier in gestonken zijn. Of is het een grap, een poging te zien hoe mensen zich wel of niet laten misleiden?

Want het ziet er toch heel bijzonder uit. Zo’n blik dat je wel in de voorraadkast wil hebben, voor slechte tijden en je geen water kunt tappen bijvoorbeeld.

Zou ik het echt zo maar laten staan…?

Gouden ei

Toen ik bezig was met de voorbereiding van ons tripje naar London, dacht ik ineens weer aan de eerste keer dat ik daar was.

Dat was met mijn ouders, in 1959 of 1960. We logeerden bij vrienden van mijn vader. Zij hadden allerlei uitstapjes bedacht en ik genoot ervan. Londen was enorm, druk en in mijn ogen zeer exotisch.

Op een avond gingen we eten in The Golden Egg. We kregen spaghetti. Mijn vader vond het niks, ik daarentegen had nog nooit zoiets lekkers gegeten.

Bron: Google

In The Golden Egg kon je eten voor redelijke prijzen. Ze behoorden tot een keten zoals Wimpy en werden later overgenomen door Lyons.

Ik denk nog wel meer mensen zich deze restaurants herinneren.

Dubbeldekker

In Londen wil je natuurlijk zo veel mogelijk zien. Maar die stad is onmetelijk groot. Wil je snel ergens naar toe, dan neem je de Tube. Maar ondergronds zie je niet veel van de stad.

Een beter alternatief is de bus. Zo’n leuke rode dubbeldekker. En dan meteen naar boven voor het mooie uitzicht.

Misschien ligt het aan ons, maar het Londense verkeer bestaat uit steeds meer aaneensluitende files. Dus is het optrekken, stoppen, optrekken, wachten, optrekken en weer -abrupt- stoppen.

Niet zo prettig als die steile trap naar beneden wilt. En je wilt ook niet te laat zijn met uitstappen.

De eerste avond de beste lag ik dan ook opgevouwen tussen die trap en Leo’s brede rug. Vraag me niet hoe ik zo snel weer enigszins rechtop stond. Dat weet ik nog steeds niet. Niks gebroken, hier en daar wat blauwe plekken, maar nog geheel intact. Wel hadden we allebei de schrik in de benen.

Voortaan dus maar gewoon beneden een plekje zoeken. Je staande houden in een Londense bus is niet zo gemakkelijk.

Detail

Bron: Facebook / bericht E.C. Weve

Zo op het eerste oog niet duidelijk te zien wat het is, maar dit is een oog in het zeil van een schip. Voor de stevigheid werden er met hennep steken omheen gezet. Maar hoe en met zoveel liefde voor detail werd dat gedaan…

Het dateert van rond 1800 en hennep werd gebruikt omdat dat zoveel sterker is en tegen zeewater kan.

Zo’n detail maakt het heel bijzonder, al vraag ik me af wanneer men er op lette. Maar mooi is het en een knap staaltje vakmanschap.

Ietsje minder

Op Instagram zag ik een bericht over een verpakking zalm bij Vomar. Op het etiket stond het gewicht: 500 gram. Maar op de weegschaal bleek het veel minder te wegen, en dan zat de verpakking er nog bij ook.

Het deed me denken aan onze slager in de Bilderdijkstraat. Ik was nog klein en moest voor mijn moeder vlees halen. Gewoonlijk sneed de slager altijd iets meer af en vroeg dan: “Mag het iets meer zijn?” En hij verrekende dat natuurlijk navenant.

Eén keer had hij iets te weinig afgesneden en zei hij: “Het is ietsjes minder.” Maar bij het afrekenen merkte ik daar niks van. Ook toen al was ik prijsbewust, dus ik merkte op dat het wel iets minder zou moeten kosten. Tja, dat werd schoorvoetend verrekend. En later kreeg mijn moeder te horen, dat die dochter van haar wel een brutaaltje was.

Dat vond mijn moeder echter niet. Eerlijkheid voor alles, ik had toch niets verkeerds gezegd. De slager raakte wel een klant kwijt. Mijn moeder liep voortaan liever wat verder…..

Eenzaam

Een berichtje in de plaatselijke krant, dat mij door merg en been ging.

Een droevig verhaal, over ouders in een vreemd land, een eenzaam kind, dat geen kans heeft gehad.

Bron: De Havenloods

Daarom trof me dit bericht. Een baby, vrijwel meteen na haar geboorte overleden. Haar ouders konden haar begrafenis niet opbrengen. Uit persoonlijke overwegingen, uit angst, uit geldgebrek, niet wetend hoe en wat er hier gewoon is?

Maar in Rotterdam wordt niemand eenzaam begraven. Je staat er niet zo vaak bij stil, maar juist in die laatste tocht hoort een mens niet eenzaam te zijn. Er zijn altijd vrijwilligers van Stichting de Eenzame Uitvaart, die meelopen met de kist en de stadsdichter maakt een gedicht voor de dode.

Ik ken haar niet, maar Lora zal niet helemaal vergeten worden.

Onmenselijk

Bron: Google foto’s / RTL

Dat ik geen sikkepit begrijp van de lust om een berg in de Himalaya te gaan beklimmen, zegt natuurlijk niks. Wie het wil en kan, zal zich niet laten weerhouden.

Zo’n tocht is ongelofelijk zwaar, vraagt heel veel van je krachten. Het is niet iets wat je alleen kunt, er zijn meerdere teamleden.

En er gaan er helpers mee. Sherpa’s, die veel beter kunnen omgaan met de verminderde zuurstof, de extreme kou. En dan valt zo’n sherpa. Heeft hij kans te overleven? Ik kan dat niet beoordelen.

Maar dat je, in de blinde passie om de top te bereiken, een mens laat sterven. Zonder een hand uit te steken, zonder te stoppen, alleen maar omdat je jouw record moet halen of moet verbeteren? Niet proberen hem te troosten, hem bijstaan in zijn laatste uur…

Ik heb altijd gedacht dat zo’n tocht een eenzaam avontuur was. Maar deze foto vertelt iets heel anders. Het is file lopen, ik vrees met de knop op dom en de oogkleppen voor, want anders laat je toch niet iemand zomaar naast het pad liggen om te sterven?

Het kan zijn dat de foto niet de juiste afstanden weergeeft, dat het anders is dan het lijkt. Maar dan nog… begrijpen kan ik het niet.

Ontroerend

Bron: Google foto’s /

Deze foto kwam ik tegen op Instagram. Het is een tweeling, Brielle en Kyrie Jackson. In 1995 werden ze 12 weken te vroeg geboren. Zoals toen gebruikelijk, werden de baby’s apart in een couveuse gelegd. Op een bepaald moment leek Brielle het niet te halen.

Tegen alle regels in heeft een verpleegster de kinderen bij elkaar gelegd en onmiddellijk sloeg Kyrie haar arm om haar bijna levenloze zusje.

Instinct, overlevingsdrang, wie zal het zeggen? Maar Brielle begon weer te ademen, kwam er boven op. Dit gebaar heeft sindsdien een naam: the rescuing hug (de redding brengde omhelzing). Zo ontroerend…!

En het bewijst maar weer dat mensen niet leven kunnen zonder intermenselijk contact. De kinderen zijn inmiddels volwassen en beiden zijn opgegroeid tot mooie meiden.