Als ik denk aan hoe mijn moeder vroeger boodschappen deed, dan is dat natuurlijk heel anders dan nu. Elke dag ging ze wel even naar de kruidenier op de hoek, liep even de zaak van de groentenboer binnen en haalde wat vlees bij de slager.
We hadden nog geen koelkast, laat staan een vriezer. De was ging nog in de tobbe en elke dag was er ook nog wel eens klein handwasje te doen. En ondanks al het werk dat er gedaan moest worden, had mijn moeder dus ook nog tijd voor de boodschappen en de bijbehorende sociale contacten.

Nu halen we de boodschappen in één keer en komen met grote tassen thuis. Misschien dat ik nog wel eens iemand tegenkom en een praatje maak. Maar vaak is dat niet het geval en pak ik zwijgend de boodschappen in mijn karretje. lles wat ik nodig heb, kan ik vinden op het winkelcentrum, in de supermarkt.
En toch, toch kan ik soms verlangen naar dat kleine winkeltje op de hoek. Waar het rook naar rookvlees en kaas, waar de kruideniersvrouw met iedereen een praatje hield en haast niet leek te bestaan. Zo’n gezellig kletspraatje, over van alles en niks. Dat vinden we niet op Facebook of Instagram.
Het klinkt heel gezellig! Veel leuker dan die grote supermarkten.
Ik doe mijn boodschappen bij Gerrit, hij is de eigenaar van de Plus supermarkt bij ons op het dorp. Er is nog wel een andere maar daar vind ik de sfeer niet prettig. Bij Gerrit ken ik bijna al het personeel, de meesten van het dorp. Nu las ik gisteren dat in een rijtje van zes de Plus er als duurste uitkwam. Jammer dan, maar ik blijf Gerrit trouw.
Als dochter van een melkboer weet ik dat we het er zelf naar hebben gemaakt dat die winkeltjes er niet meer zijn.Mijn vaders melkzaak ging door de komt van supermarkten op de fles…
Tijden veranderen en ook ik heb de kleine buurtwinkels stuk voor stuk zien verdwijnen omdat ze niet konden opboksen tegen de voordelige prijzen en uitgebreid assortiment van supermarkten.
Weet niet of het te maken heeft met dat ik al 80 jaar in deze buurt woon en daar altijd al boodschappen haal bij slager,bakker,groentewinkel,drogist,bloemist,boekhandel apotheek,supermarkt etc. omdat ze mijn man en mij goed kennen of omdat het er in het Brabantse meestal wel gemoedelijk aan toe gaat,’n praatje,belangstelling of vriendelijk woord hier geen gebrek aan.Het valt mij wel op dat alle jonge mensen die hier in de staat huis gekocht hebben de laatste tijd dat veel contacten via straat app gaan.Moest gisteren wel inwendig lachen om reactie van oudere buurman:wanneer je iets wilt vragen of bespreken,we hebben nog ‘n ouderwetse deurbel en doen gewoon open.
De gezelligheid van lokaal winkelen komt stilaan terug, al is het wel prijziger…
Lie(f)s.
Ik ben in 1950 geboren in wat nu het Spiegelkwartier, DE antiekwijk in Amsterdam vlakbij het Rijksmuseum.
We woonden boven de sigarenzaak, ernaast zaten groentewinkel, kruidenier, slager en ertegenover een winkel in koloniale waren (chique kruidenier eigenlijk met vooral veel kruiden) de kapper, de viswinkel en een drogist en nog wat winkels die ik vergeten ben. De melkboer dat in de Kerkstraat die de Nieuwe Spiegelstraat kruiste maar kwam ook aan huis.
De meeste was werd opgehaald door de wasserij en weer opgevouwen thuisgebracht, beddengoed en handdoeken voornamelijk.
inderdaad die kleine winkeltjes hebben hun charme en de eigenaar kende zijn klanten en had een band met de mensen. ik ben blij dat ik dit mijn hele jeugd heb meegemaakt. en nu maak ik een praatje met de kooplui op de markt en dat is ook altijd leuk. die mensen hebben ook tijd en zijn meestal in voor zo’n praatje of adviesje.
In de supermarkt kies ik nooit voor de zelfscankassa maar sluit aan in een rij bij de echte kassa. Vaak begin ik zelf een praatje en dat levert leuke gesprekjes op, mensen in die rij nemen met de tijd. En het lukt bijna altijd om een reactie te krijgen als je zelf iets positiefs opmerkt.
Die kleine zaken waar je nog contact met elkaar had?
Ja, ik heb dezelfde nostalgische herinneringen.
Vriendelijke groet,
De enige winkel waar ik dat nog meemaak is in Groede
Ik neb de kruidenier van destijds nog steeds voor ogen, een van de weinige mensen die een auto hadden, en daar mocht ik als kleine jongen in mee boodschappen rondbrengen.