Mijn moedertaal is natuurlijk Nederlands, maar gesproken met een Rotterdams ondertoontje.
Maar Moederstaal is de taal die vooral ligt in de talloze zinsneden, gezegden en gevleugelde woorden die alle moeders bezigen.
“Doe maar gewoon, dan doe je al gek genoeg”, zei ze als ik weer een maffe inval had of stond te dansen voor de spiegel.
“Je liegt, het staat op je voorhoofd geschreven”. Nou, op m’n voorhoofd stond vast niks, maar ik bloosde tot onder mijn haren bij een leugentje om bestwil.
“Doe je dondertje goed, want je zieltje zit erin” was een uitdrukking om iets lekkers te eten. Dat kon nooit kwaad.
En hoe ouder ik wordt, hoe meer ik me zulke uitspraken herinner…!
Leuk ja, ik ken ze ook. Ook wel je liegt alsof het gedrukt staat!
Herkenbaar. Ik had een moeder die bij alles een spreekwoord of een gezegde gebruikte. Vroeger vond ik dat ergelijk, nu doe ik het zelf ook, volop Els. Haha!
En hoe ouder ik wordt, hoe meer ik me zulke uitspraken herinner…!
Die vlieger gaat voor mij ook (al) op.
‘Later geef je geld uit om elkaar te zien’ werd er gezegd als wij, vier zussen, weer eens behoorlijk kibbelen.
Ik wil, ik wil…… Ja, maar jouw wil staat achter de deur.
Herkenning. 🙂
Bij een pijntje hoorden we ‘Eer je een jongetje bent is het wel over.’
Dat heb ik niet. Maar des te leuker om te lezen
Leuk al die uitspraken. Ik ben er al een hoop kwijtgeraakt…