Onze tuin is een beetje wild. Op sommige plekken misschien zelfs wel een beetje te wild. Maar heel erg vinden wij dat niet.
Integendeel zelfs.
Wij verwelkomen de aanwaaiers die onze tuin als een plek hebben gekozen om op te groeien.
Soms hebben ze het zo naar hun zin, dat de toevloed iets te veel wordt.
Maar bevallen ze ons niet, dan is het niet te veel moeite ze uit de grond te rukken. Dus mogen akelei, IJslandse papaver en hibiscus gewoon nog even doorgroeien.
Ik laat hier ook alles staan, eh, wat ik leuk vind dan.
Ik wacht op boterbloemetjes!
Zoiets leuks gebeurt hier nou nooit in onze tuin. Alleen vervelende lelietjes van dalen
ik heb hier de digitalis en de stokroos ook als verwilderde planten erbij staan. Voor mijn mag het allemaal groeien. Alleen van het gras moeten ze afblijven…
Ik vind vooral de akelei door mijn hele border prachtig. Ik zie ze nu in steeds meer kleuren in de tuinen waar in langskom.
mag hier ook, dat verspreiden, groeien en bloeien, en inderdaad, bevalt het niet, dan verhuizen ze naar een plekje elders of de groenbak in
Mooi zeg! Die mogen bij mij ook best komen aanwaaien.
Wij houden ook van een beetje wilde tuin. Maar soms komt er te veel “wild” aangewaaid dat een beetje gaat woekeren en dan gaan we er toch ook even door. Volgend jaar komt het toch weer terug. 😉
Nooit geweten dat de gele variant van de klaproos een IJslandse papaver heet. Weer wat geleerd!
Akeleien vooral, die verspreiden zich blijkbaar heel snel en overal!