Dit doet me onmiddellijk denken aan “upstairs/downstairs”. Boven wonen de “grote” lui en beneden, in het souterrain, leven de bedienden.
Ik maakte de foto in een chique wijk van Londen, met kapitale huizen, fraaie tuinen en grote auto’s op de oprit. De upperclass gaat de grote monumentale trap op, het gewone volk neemt het smalle trapje naar beneden. Boven komt de zon ruimschoots binnen, beneden moet men het doen met een mager streepje zonlicht.
Ook schieten me dan verhalen te binnen die mijn moeder en tantes vertelden. Van rijke mevrouwen, die tientallen japonnen in de kast hadden hangen. Maar hun hulp een extra boterham ontzegden.
Inmiddels zijn de tijden veranderd, ook in Engeland. De ladies moeten zelf aan de slag en soms lijkt de rijkdom meer dan er in werkelijkheid te besteden is. Ach ja, het kan verkeren.
Je ziet het nog zoveel in Engeland dat soort huizen.
Ooit in een hotelletje gezeten, daaronder.
Grappig al die benen langs je raam te zien komen.
Ik zag het in Willesden Green, een wijk in London… Een armetierig huisje wat bijna uit elkaar viel van ellende. En de vrouw die net de kinderen op de bus zetten zag er al even slonzig uit. Tot de meneer uit het huis stapte, keurig in net pak en maakte de garage open. Daar reed hij zijn naar mijn idee behoorlijke nieuwe Jaguar naar buiten om naar zijn werk te gaan…. Over tegenstellingen gesproken…
Je ziet het gewoon voor je. Mijn moeder vertelde wel over haar slechte ervaringen als dienstbode. ’t Zou niet mogen, van die slechte behandelingen.
Gelukkig liggen die tijden achter ons, alhoewel, er zijn nog steeds landen in de wereld waar dit bestaat.
Zelfs zonder die vlag zie ik het meteen: this is London.
Die verhalen kennen wij ook, je kon ze haast niet geloven.