Laatst had ik een gesprek over hoe je iemand ziet bij een eerste kennismaking.
Waar kijk je dan naar? Kijk je naar de ogen, de handen? Waar let je op? Gepoetste schoenen, vet of juist schoon haar, kleding?
Die eerste indruk kan heel bepalend zijn, maar zegt toch lang niet alles.
Jaren geleden solliciteerde ik bij een groot bedrijf. Dat je er netjes behoort uit te zien bij een sollicitatie, wist ik natuurlijk wel. Ik had me dan ook keurig aangekleed, nieuwe kousen, nette schoenen. Jammer dat ik languit viel bij het oversteken. Vieze vlek op mijn rokje, kousen kapot, tas met een schaafplek. En geen winkel waar ik tenminste nieuwe kousen kon kopen. Ik voelde me heel erg opgelaten. Wat voor indruk zou ik nou maken ik bij die meneer van Personeelszaken? Dat heb ik nooit kunnen achterhalen, maar ik kreeg wel de baan.
Nog ruim vier jaar heb ik er met veel plezier gewerkt, kreeg ik zelfs promotie. Ondanks mijn prille leeftijd (ik was nog geen 18) en de beschadigingen! Och wat zou ik graag nog eens even iets van die dag terug willen zien 😉
Je hebt kennelijk wat er gebeurd is even goed aan hem uitgelegd. En personeelschefs hadden toentertijd over het algemeen aardige mensenkennis en ook ogen in hun hoofd. Ik werd de nacht voordat ik ging solliciteren voor een directiesecretaresse functie in mijn ooglid gestoken door een mug. Oog was veranderd in soort spleetje. Ik voelde me niet fijn natuurlijk, maar afspraak is afspraak. De personeelschef was vol begrip. Hij had zelf een pols in het gips, dus dat schiep meteen een band hahahaha…. Het gesprek – ook dat met de directeur daarna – liep goed en ik kreeg de baan.