Als je zuinig rijdt, dan zie die meter niet teruglopen, maar oplopen. De eerste keer begreep ik er niets van.
En nu ik het wel weet, word ik er weer een beetje zenuwachtig van. Want ik rij weg en dan kan ik nog 300 kilometer ver komen. In de stad zie je dat snel teruglopen naar 298, 295, 290. Hoe meer je moet schakelen, hoe sneller het gaat. En dan ga ik zuinigjes aan doen. Niet te snel optrekken, met een kalm gangetje in z’n 3 door de bocht, rustig terugschakelen, voet van het gas als er een stoplicht in zicht komt, zoveel mogelijk een constante snelheid aanhouden. En ja, dat helpt.
Op de grote weg, bij een redelijke en constante snelheid, wordt het aantal kilometers weer meer.
Al komt er natuurlijk toch een moment dat de meter aangeeft dat er weer getankt moet worden. Want hoe zuinig ik ook probeer te rijden, benzine slurpen doet ie toch.