Vaak genoeg ben ik, naast mijn moeder lopend, er naar toe gegaan. Ze had dan twee zinken emmers bij zich, die bij de waterstoker gevuld werden met heet water. En dan weer terug naar huis, voorzichtig maar toch snel, anders was het water alweer koud. Het was een afstand van nog geen 100 meter, maar die emmers wogen zwaar. Daarna nog drie trappen op, naar de zolder, waar de wasteil stond. Op een rek met daarop weer de ACME-wringer.
Wie nog eens terug wil naar die “goeie ouwe tijd”, kan terecht in De Dubbelde Palmboom in Rotterdam-Delfshaven. Naast tijdelijke tentoonstellingen is er plaats gemaakt voor stukjes (Rotterdamse) historie, zoals dit winkeltje.
Ik ken de waterstoker alleen maar uit verhalen. Ik dacht dat die al lang voor mijn tijd wat uitgestorven.
Hahaha, ik dacht dat wij van dezelfde generatie waren. Maar ik heb er nog nooit van gehoord, van een waterstoker.
Maar kachelhoutjes, ja dát woord roept herinneringen op.