Na de Top 2000, de Top 100, de Evergreen Top 10, las ik laatst dat er ook ook een Top 10 van babynamen is. Daan stond voor de jongens op de eerste plaats en Emma voor de meisjes.
Mijn naam komt, geloof ik, niet meer zo vaak voor, maar dat is wel anders geweest. Ik herinner me een klas van de lagere school waarin wel drie Elzen zaten.
Ik vond (en vind nog steeds) dat ik er met namen krijgen maar bekaaid af kwam. Drie letters en dat was het, niks geen Elisabeth… en zeker niet meer dan één naam. Nee, gewoon Els, daarmee moest ik het doen.
Mijn enige zus Rina, die 18 jaar ouder was, vertelde dat er wel heel lang nagedacht is over die naam. Er moeten er vele de revue gepasseerd zijn, waaronder Joyce, wat zij heel mooi vond. Maar moeder besliste dat met zo’n naam een kind niet stout zou kunnen zijn. Bij zo’n naam paste eenvoudigweg geen boosheid. Mama rekende zeker al een beetje op een recalcitrantje.
Rina was vernoemd naar mijn oma van moederskant: Adriana Marina. Vernoemen naar de moeder van vaders kant was geen optie. Het werd Els en dat bleef het. Nou ja, Aartje Baartje, naar oma, was ook niet je dat.
Och, het was ook wel makkelijk en lange tijd liet ik het zo. Alleen als er weer eens Elsje-Fiederelsje werd gezongen, dan haatte ik die naam.
Maar ik werd ouder en opeens besloot ik dat ik Isabelle genoemd wilde worden. Mijn vader haalde zijn schouders op over zoveel flauwekul en heeft me zo nooit genoemd. Mijn moeder heeft een of twee slappe pogingen gedaan. Maar Piet, de verloofde van Rina, blies het project in één keer en uiterst adequaat naar de maan.
Nadat ik hem verteld had dat ik dus niet langer Els maar Isabelle was, knikte hij. Het was die avond Isabelle voor en na. Ik gloeide van trots. Zo zou ik dus voortaan genoemd worden.
Maar de volgende keer dat hij bij ons kwam, riep hij al op de trap luid: Hallo Elsje! Ik keek hem vernietigend aan en toen zei hij; ” Oh nee, zo heet je niet meer. Maar wat was je naam dan ook alweer?” Met een diepe frons dacht hij na, zuchtte eens en zei toen: “Oh jaaaa, ik weet het weer. Je heet nu Tuttebel“.
Van toen af aan was ik weer gewoon Els.
Dat lijkt me superlekker. Mijn moeder maakte trouwens vroeger ook wel eens zoiets, maar ik geloof niet dat het zo’n mooie naam had. Ik ga het recept bewaren, want hee in januari wordt er hier gelijnd natuurlijk.